ECLI:NL:RBSGR:2001:AD6133Bestuursrecht; VreemdelingenrechtUitspraak
Toewijzing van een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van het witte-illegalenbeleid met betrekking tot verblijf in Nederland
De rechtbank heeft het verzoek van een Marokkaanse vreemdeling om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat hij niet kon aantonen dat hij onafgebroken in Nederland verbleef. Het bezwaar tegen de afwijzing van zijn aanvraag om verblijf is ongegrond verklaard.