ECLI:NL:RVS:2025:2666

Raad van State

Datum uitspraak
12 juni 2025
Publicatiedatum
12 juni 2025
Zaaknummer
202502767/3/V1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verzet
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen uitspraak voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Op 12 juni 2025 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op het verzet van de opposant tegen de eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter van 19 mei 2025. In deze eerdere uitspraak werd het hoger beroep van de opposant tegen een uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats 's-Hertogenbosch, van 9 mei 2015 ongegrond verklaard. De voorzieningenrechter had deze beslissing genomen met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 91, tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000).

De opposant heeft verzet aangetekend tegen de uitspraak van 19 mei 2025. Echter, de Afdeling bestuursrechtspraak heeft overwogen dat tegen een uitspraak waarbij de voorzieningenrechter de hoofdzaak zonder zitting heeft afgedaan, geen verzet openstaat, zoals bepaald in artikel 83c, eerste lid, van de Vw 2000. Dit betekent dat de opposant geen verzet kan aantekenen tegen de uitspraak van 19 mei 2025.

Daarom heeft de Afdeling bestuursrechtspraak zich onbevoegd verklaard om van het verzet kennis te nemen. Tevens is bepaald dat het Centraal Orgaan opvang asielzoekers geen proceskosten hoeft te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. J.C.A. de Poorter, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. Q. Boon, griffier, en is openbaar uitgesproken op 12 juni 2025.

Uitspraak

202502767/3/V1.
Datum uitspraak: 12 juni 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het verzet (artikel 8:55 van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) van:
[opposant],
opposant,
tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling van 19 mei 2025 in zaken nrs. 202502767/1/V1 en 202502767/2/V1.
Procesverloop
Bij uitspraak van 19 mei 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling het hoger beroep van opposant tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats ’s-Hertogenbosch, van 9 mei 2015 in zaak nr. 25/4392 met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Awb en artikel 91, tweede lid, van de Vw 2000 ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft opposant verzet gedaan.
Overwegingen
1.       Tegen een uitspraak waarbij de voorzieningenrechter van de Afdeling de hoofdzaak zonder zitting heeft afgedaan en waarop de Vw 2000 van toepassing is, staat geen verzet open (artikel 83c, eerste lid, van de Vw 2000). Tegen de uitspraak van 19 mei 2025 kan daarom geen verzet worden gedaan.
2.       De Afdeling is onbevoegd om van het verzet kennis te nemen. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers hoeft geen proceskosten te vergoeden
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart zicht onbevoegd om van het verzet kennis te nemen.
Aldus vastgesteld door mr. J.C.A. de Poorter, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. Q. Boon, griffier.
w.g. De Poorter
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Boon
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 12 juni 2025
977