ECLI:NL:RVS:2025:2683
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak na afwijzing verblijfsvergunning door minister van Asiel en Migratie
Op 18 juni 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van de minister van Asiel en Migratie tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De rechtbank had op 14 mei 2025 het beroep van de betrokkene gegrond verklaard en het besluit van de minister om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, vernietigd. De minister had op 18 november 2024 de aanvraag van de betrokkene afgewezen. In het hoger beroep verzocht de minister de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat de uitspraak van de rechtbank niet uitgevoerd hoeft te worden totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. De voorzieningenrechter oordeelde dat er nader onderzoek nodig was naar de argumenten van de minister in hoger beroep en besloot daarom een voorlopige voorziening te treffen. De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden. De voorzieningenrechter bepaalde dat de minister van Asiel en Migratie geen uitvoering hoeft te geven aan de uitspraak van de rechtbank totdat er een beslissing is genomen in het hoger beroep.