ECLI:NL:CBB:2000:AB2639
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- B. Verwayen
- H.C. Cusell
- M. Vlasblom
- Rechtspraak.nl
Tegemoetkoming in schade bij preventieve ruiming van varkensbedrijven
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 5 september 2000 uitspraak gedaan in een geschil tussen appellant A en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Appellant had beroep ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris, waarbij een tegemoetkoming in schade werd toegekend na de preventieve ruiming van zijn varkensbedrijf in verband met de uitbraak van klassieke varkenspest. Appellant was van mening dat zijn bedrijf ten onrechte als vermeerderingsbedrijf was aangemerkt, wat invloed had op de hoogte van de schadevergoeding.
De procedure begon op 15 oktober 1998, toen appellant een beroepschrift indiende tegen het besluit van 7 september 1998. De Staatssecretaris had op dat moment beslist op de bezwaren van appellant tegen de hoogte van de tegemoetkoming. Tijdens de zitting op 4 juli 2000 werden de standpunten van beide partijen toegelicht door hun gemachtigden. De kern van het geschil draaide om de vraag of appellant als vermeerderingsbedrijf of als subfokbedrijf moest worden gekwalificeerd, wat bepalend was voor de hoogte van de schadevergoeding.
Het College overwoog dat de registratiegegevens van de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) als uitgangspunt voor de bedrijfstypering konden dienen. Appellant had geen overtuigende gegevens overlegd die zouden aantonen dat zijn bedrijf als subfokbedrijf moest worden aangemerkt. Het College concludeerde dat de Staatssecretaris terecht had geoordeeld dat appellant een vermeerderingsbedrijf was en dat de toegepaste normbedragen voor de tegemoetkoming correct waren. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en het College oordeelde dat er geen aanleiding was om af te wijken van de beleidsregels die door de Staatssecretaris waren vastgesteld.