ECLI:NL:CBB:2001:AB0537
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.C. Cusell
- Rechtspraak.nl
Weigering inschrijving als werkzoekende op basis van verblijfsdocumenten
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 1 maart 2001 uitspraak gedaan in een geschil tussen appellante, een Ghanese vrouw, en de Regionale Directie voor de Arbeidsvoorziening Zuidelijk Noord-Holland. Appellante had op 20 juli 1999 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van verweerster van 11 juni 1999, waarin haar bezwaar tegen een eerdere weigering om haar in te schrijven als werkzoekende ongegrond werd verklaard. De weigering was gebaseerd op het feit dat appellante niet beschikte over een geldige verblijfsvergunning zonder beperkingen voor het verrichten van arbeid, zoals vereist door artikel 69 van de Arbeidsvoorzieningswet 1996.
Tijdens de zitting op 18 januari 2001 heeft appellante aangevoerd dat zij gedurende vijf jaar arbeid in loondienst had verricht en dat zij in afwachting was van een procedure voor het verkrijgen van een verblijfsvergunning. De gemachtigde van appellante verwees naar een eerdere uitspraak van de Centrale Raad van Beroep, waarin werd gesteld dat appellante zich als werkzoekende moest kunnen inschrijven om beschikbaar te zijn voor de arbeidsmarkt.
Het College heeft echter vastgesteld dat appellante ten tijde van het bestreden besluit niet beschikte over het vereiste verblijfsdocument. Het College oordeelde dat de inschrijving als werkzoekende niet kon worden toegestaan, aangezien appellante niet voldeed aan de voorwaarden van de wet. De verwijzing naar de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep werd door het College niet als relevant beschouwd, omdat deze niet leidde tot een andere uitleg van de wet. Het beroep van appellante werd ongegrond verklaard, en er werden geen proceskosten aan verweerster opgelegd.