ECLI:NL:CBB:2001:AB1121
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- B. Verwayen
- H.C. Cusell
- J.A. Hagen
- Rechtspraak.nl
Tuchtprocedure tegen pluimveehouder wegens overtredingen hygiënevoorschriften
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 11 april 2001 uitspraak gedaan in een tuchtprocedure tegen appellant A, een pluimveehouder, naar aanleiding van een tuchtbeschikking van het Tuchtgerecht Productschap voor Pluimvee en Eieren. De tuchtbeschikking, die op 7 januari 2000 werd gewezen, legde appellant een geldboete op van fl. 4000,--, waarvan fl. 2500,-- voorwaardelijk, wegens het niet naleven van hygiënevoorschriften. Appellant heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat hij niet op de hoogte was van de zitting van het Tuchtgerecht, omdat hij de uitnodiging niet had ontvangen. Het College heeft vastgesteld dat de uitnodiging per aangetekende post was verzonden, maar dat deze niet als onbestelbaar was teruggestuurd. Het College oordeelt dat het niet voldoende aannemelijk is dat de uitnodiging appellant heeft bereikt, waardoor de procedure in strijd is met de beginselen van behoorlijke rechtspraak.
Het College heeft de bestreden tuchtbeschikking vernietigd, maar de rechtsgevolgen daarvan in stand gelaten. Dit betekent dat de opgelegde boete van fl. 4000,--, waarvan fl. 2500,-- voorwaardelijk, blijft bestaan. Het College overweegt dat de overtredingen van appellant ernstig zijn, gezien het belang van de volksgezondheid en de eerdere waarschuwingen die hij heeft genegeerd. De persoonlijke omstandigheden van appellant zijn in de beoordeling meegenomen, maar het College acht de opgelegde maatregel passend en evenredig. De uitspraak benadrukt het belang van naleving van hygiënevoorschriften in de pluimveehouderij en de verantwoordelijkheden van de ondernemer.