ECLI:NL:CBB:2001:AB3185
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.C. Cusell
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring in schadevergoeding door bestuursdwang
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 24 juli 2001 uitspraak gedaan in een geschil tussen appellant A, vertegenwoordigd door mr. M.T.C.A. Smets, en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Appellant had beroep ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris van 10 mei 1999, waarin hij niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn bezwaar tegen een eerdere beslissing van 17 november 1997. Deze beslissing betrof de afwijzing van een verzoek om schadevergoeding voor de vernietiging van mestkalveren, die op 6 augustus 1997 door appellant werden vervoerd in een gebied waar een vervoersverbod gold vanwege de uitbraak van klassieke varkenspest.
Het College heeft vastgesteld dat de Staatssecretaris de vernietiging van de mestkalveren heeft uitgevoerd op basis van artikel 106 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Appellant stelde dat er geen schriftelijke beslissing was genomen voorafgaand aan de bestuursdwang, wat volgens hem betekende dat er geen rechtsmiddelen openstonden. Het College oordeelde dat de brief van 17 november 1997 niet als een besluit kon worden aangemerkt, omdat deze niet voldeed aan de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Het College concludeerde dat appellant niet ontvankelijk was in zijn bezwaar tegen de beslissing van de Staatssecretaris, omdat er geen voor bezwaar en beroep vatbaar besluit was genomen. De uitspraak benadrukt het belang van schriftelijke beslissingen in bestuursrechtelijke procedures en bevestigt dat bestuursdwang alleen kan worden toegepast met inachtneming van de vereisten van de Awb. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en het College merkte op dat eventuele schadeclaims enkel bij de burgerlijke rechter konden worden ingediend.