ECLI:NL:CBB:2001:AB6582
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.C. Cusell
- Rechtspraak.nl
Tegemoetkoming in schade door ruiming van varkens vanwege klassieke varkenspest
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 14 augustus 2001 uitspraak gedaan in een geschil tussen Maatschap A, appellante, en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, verweerder. Appellante had beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder van 9 december 1998, waarin een tegemoetkoming in schade werd toegekend na de ruiming van haar varkensbedrijf vanwege verdenking van besmetting met klassieke varkenspest. De procedure begon op 21 januari 1999 met de indiening van het beroepschrift. Tijdens de zitting op 3 juli 2001 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht.
De kern van het geschil betreft de vraag of de tegemoetkoming die aan appellante is toegekend, rechtmatig is. Appellante betoogde dat er sprake was van een gesloten systeem van tegemoetkomingen en dat verweerder in haar geval niet de juiste schadevergoeding had verstrekt. Verweerder stelde dat de besmetverklaring van de varkens rechtmatig was en dat de toegepaste LTO-normprijzen voor zeugenbedrijven niet in strijd waren met de wetgeving. Het College heeft vastgesteld dat er geen grond is om het besluit tot ruiming van de varkens onrechtmatig te achten en dat verweerder terecht de tegemoetkoming heeft verstrekt.
Het College concludeerde dat er geen schending van het gelijkheidsbeginsel was, aangezien er een wezenlijk verschil bestaat tussen preventief geruimde bedrijven en bedrijven die vanwege besmetting zijn geruimd. De argumenten van appellante werden verworpen, en het College verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige afweging van de omstandigheden bij het toekennen van schadevergoedingen in het kader van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren.