ECLI:NL:CBB:2001:AD6786
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijkverklaring bezwaarschrift inzake akkerbouwsteun
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 1 november 2001 uitspraak gedaan in een beroep van de Maatschap A en B en C tegen de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. De appellante had op 25 juli 2000 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van de Minister van 13 juni 2000, waarin het bezwaar van appellante tegen een eerdere beslissing over haar aanvraag voor akkerbouwsteun werd afgewezen. De Minister had op 2 december 1999 de aanvraag van appellante goedgekeurd, maar appellante had later een bezwaarschrift ingediend omdat zij zich vergist had in de bijdragecodes op haar aanvraagformulier. De Minister verklaarde het bezwaarschrift niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de termijn van zes weken voor indiening van een bezwaarschrift, zoals vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Tijdens de zitting op 20 september 2001 heeft appellante haar standpunt toegelicht, waarbij zij aanvoerde dat de goedkeuring van haar aanvraag door de Minister haar op het verkeerde been had gezet. Appellante voerde ook aan dat persoonlijke omstandigheden, zoals psychische klachten van een gezinslid, haar in staat hadden gesteld om tijdig bezwaar te maken. Het College oordeelde echter dat de overschrijding van de termijn niet verschoonbaar was, omdat appellante niet tijdig had gereageerd op de uitnodiging van de Minister om haar bezwaarschrift te onderbouwen. Het College concludeerde dat appellante in verzuim was geweest en dat de Minister het bezwaarschrift terecht niet-ontvankelijk had verklaard.
Het beroep van appellante werd ongegrond verklaard, en het College achtte geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. W.E. Doolaard, in tegenwoordigheid van griffier mr. R.P.H. Rozenbrand.