ECLI:NL:CBB:2002:AD9882
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- J.A. Hagen
- B. Verwayen
- M.J. Kuiper
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit Minister van Landbouw inzake subsidie op grond van de Subsidieregeling fokverbod varkens 1997
In deze zaak heeft appellante, een varkenshouderij gevestigd te X, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Dit besluit, genomen op 22 september 1998, verklaarde de bezwaren van appellante tegen eerdere besluiten van de minister ongegrond, waarbij subsidie was toegekend op basis van de Subsidieregeling fokverbod varkens 1997. De procedure begon op 3 november 1998 met de indiening van een beroepschrift door appellante. De minister had eerder subsidies toegekend voor de maanden juni en juli 1997, maar appellante maakte bezwaar tegen de hoogte van deze subsidies, die waren vastgesteld op 32 ecu per zeug per maand, zoals bepaald in de Europese Verordening 413/97/EG.
Tijdens de zitting op 11 december 2001 werd het standpunt van appellante toegelicht, waarbij zij stelde dat het fokverbod een onrechtmatige overheidsdaad vormde en dat volledige schadeloosstelling voor de geleden schade noodzakelijk was. Het College oordeelde dat de Regeling niet bedoeld was om volledige schadevergoeding te bieden, maar slechts een gedeeltelijke compensatie voor de schade die varkenshouders ondervonden door het fok- en inseminatieverbod. Het College concludeerde dat de minister niet vrijstond om een hoger subsidiebedrag toe te kennen dan het bedrag dat in de Regeling was vastgesteld.
Het College verwierp de stelling van appellante dat de Regeling verbindende kracht mist, omdat zij geen onderbouwing had gegeven voor deze claim. Het College benadrukte dat de hoogte van de subsidie was bepaald door de Europese Verordening en dat appellante geen andere aanvragen had ingediend dan die op basis van de Regeling. Uiteindelijk werd het beroep ongegrond verklaard, zonder dat er termen aanwezig waren voor een proceskostenveroordeling.