ECLI:NL:CBB:2002:AE6356
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- C.M. Wolters
- M.J. Kuiper
- F.W. du Marchie Sarvaas
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen heffingen op basis van de Basisheffingsverordening en Bestemmingsheffingsverordening
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 26 juli 2002 uitspraak gedaan in een geschil tussen Komart Gekoma B.V. en het Bedrijfschap voor de Detailhandel in Alcoholhoudende Dranken. De appellante, Komart Gekoma B.V., heeft op 23 oktober 2000 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van verweerder, dat betrekking had op heffingen die waren opgelegd op basis van de Basisheffingsverordening 2000 B.D.A. en de Bestemmingsheffingsverordening 2000 B.D.A. Het College heeft vastgesteld dat appellante geen kopie van het besluit waartegen beroep werd ingesteld had overgelegd, ondanks herhaalde verzoeken om dit verzuim te verhelpen. Pas op 24 april 2001, na meerdere aanmaningen, heeft appellante een exemplaar van het bestreden besluit ingediend. Dit besluit was echter gericht aan de Vereniging Drankenhandel Nederland en niet aan appellante zelf, wat betekent dat appellante niet betrokken was bij de besluitvorming.
Het College heeft geoordeeld dat appellante geen bezwaar heeft gemaakt in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) tegen het besluit tot oplegging van de heffingen. Hierdoor is er geen besluit waartegen beroep kan worden ingesteld, wat leidt tot de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk is. Het College heeft ook geen termen aanwezig geacht voor een proceskostenveroordeling, zoals bedoeld in artikel 8:75 van de Awb. De uitspraak benadrukt het belang van het indienen van de juiste documenten en het volgen van de juiste procedures bij het indienen van een beroep tegen bestuursbesluiten.
De uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven is daarmee een belangrijke reminder voor appellanten om zorgvuldig om te gaan met de vereisten van de Awb en de noodzaak om tijdig en correct bezwaar te maken tegen besluiten van bestuursorganen.