ECLI:NL:CBB:2002:AF1844
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- D. Roemers
- M.J. Kuiper
- M.A. van der Ham
- Rechtspraak.nl
Weigering vergunning voor kansspelautomaten in sexinrichting
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 18 september 2002 uitspraak gedaan in het geschil tussen appellant, A h.o.d.n. B, en de Burgemeester van Rotterdam. Appellant had een aanvraag ingediend voor een vergunning voor het aanwezig hebben van twee kansspelautomaten in zijn sexinrichting, maar deze aanvraag werd door de burgemeester geweigerd. De weigering was gebaseerd op de stelling dat de inrichting niet voldeed aan de eisen voor een hoogdrempelige inrichting zoals gesteld in de Wet op de kansspelen. Appellant stelde dat zijn café/bargedeelte op de begane grond geen prostitutieactiviteiten omvatte en derhalve als hoogdrempelig kon worden gekwalificeerd. Het College oordeelde echter dat de activiteiten in het café/bargedeelte, waaronder floorshows en striptease, een zelfstandige betekenis hadden en dat het cafébezoek niet op zichzelf stond. Hierdoor voldeed de inrichting niet aan de vereisten voor een hoogdrempelige inrichting. Het College bevestigde de beslissing van de burgemeester en verklaarde het beroep van appellant ongegrond. De uitspraak benadrukt de strikte interpretatie van de wetgeving omtrent kansspelen en de vereisten voor het verkrijgen van een vergunning.