ECLI:NL:CBB:2003:AH9733
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- C.M. Wolters
- M.J. Kuiper
- E.J. Heijs
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit inzake referentiehoeveelheid melk in het kader van de superheffing SLOM-deelnemers
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 4 juli 2003 uitspraak gedaan in een beroep van appellant A tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Appellant had op 31 mei 2002 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van 22 april 2002, waarbij zijn bezwaarschrift tegen de afwijzing van een verzoek om heroverweging van eerdere besluiten met betrekking tot zijn referentiehoeveelheid melk ongegrond was verklaard. De referentiehoeveelheid was aan appellant toegekend in het kader van de Beschikking superheffing SLOM-deelnemers.
De uitspraak van het College benadrukt dat niet is gebleken dat de concrete situatie van appellant aan verweerder is voorgelegd. Het College concludeert dat de zaak van appellant niet vergelijkbaar is met die van de erven C, waar wel een concrete situatie was gepresenteerd. Het College verklaart het beroep ongegrond, omdat appellant niet voldoende nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangedragen die een heroverweging van het besluit rechtvaardigen.
De procedure omvatte een hoorzitting op 23 mei 2003, waarbij appellant in persoon verscheen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. Het College oordeelt dat de eerdere besluiten van verweerder, die formele rechtskracht hebben, niet onrechtmatig zijn en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak bevestigt de noodzaak voor appellanten om concrete en relevante informatie te verstrekken bij verzoeken om heroverweging.