ECLI:NL:CBB:2004:AP0244
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Voorlopige voorziening
- R.R. Winter
- Rechtspraak.nl
Verzoek om ontheffing van de verplichting een netbeheerder aan te wijzen op grond van de Elektriciteitswet 1998
In deze zaak heeft verzoekster, Elsta B.V., op 13 maart 2003 een verzoek ingediend bij de Minister van Economische Zaken om een ontheffing te verlenen van de verplichting om een netbeheerder aan te wijzen, zoals voorgeschreven in de Elektriciteitswet 1998. Dit verzoek was gebaseerd op artikel 15, tweede lid, van de genoemde wet. De Minister heeft op 24 juni 2003 dit verzoek afgewezen, waarop verzoekster op 4 augustus 2003 bezwaar heeft gemaakt. De Minister heeft de ontvangst van dit bezwaar bevestigd en de termijn voor een beslissing verlengd.
Verzoekster heeft vervolgens op 17 september 2003 de Minister verzocht om uiterlijk op 14 oktober 2003 een beslissing te nemen. Toen de Minister hier niet op reageerde, heeft verzoekster op 16 oktober 2003 beroep ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven, geregistreerd onder nummer AWB 03/1265, en tevens een verzoek om voorlopige voorziening ingediend. Op 29 oktober 2003 heeft de Minister alsnog een beslissing genomen op het bezwaar van verzoekster, waarna verzoekster haar verzoek om voorlopige voorziening heeft ingetrokken.
Verzoekster heeft echter wel verzocht om een proceskostenveroordeling, omdat de Minister in gebreke was gebleven. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de termijn voor het nemen van een beslissing op het bezwaar was overschreden en dat de Minister aan verzoekster tegemoet was gekomen door alsnog een beslissing te nemen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om kostenveroordeling toegewezen en de kosten begroot op € 80,50, die door de Staat der Nederlanden aan verzoekster moeten worden vergoed. Tevens is bepaald dat het door verzoekster betaalde griffierecht van € 232,-- moet worden terugbetaald.