ECLI:NL:CBB:2004:AP1024
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- D. Roemers
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing subsidie aanvraag akkerbouwgewassen
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 19 mei 2004 uitspraak gedaan in een beroep van Maatschap A, gevestigd te B, tegen de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het beroep was gericht tegen een besluit van de Minister van 26 juni 2003, waarin de aanvraag van appellante voor subsidie in het kader van de Regeling EG-steunverlening akkerbouwgewassen werd afgewezen. De aanvraag was ingediend na de uiterste indieningsdatum van 9 juni 2002, wat leidde tot de niet-ontvankelijkheid van de aanvraag. Appellante stelde dat zij niet tijdig had kunnen indienen omdat de benodigde formulieren niet tijdig door de Minister waren verstrekt. Het College heeft de feiten en omstandigheden van de zaak onderzocht, waaronder de communicatie tussen appellante en de Minister, en de relevante regelgeving omtrent de indiening van subsidieaanvragen. Het College oordeelde dat de Minister in strijd met de Algemene wet bestuursrecht had gehandeld door het bezwaar van appellante niet-ontvankelijk te verklaren, aangezien appellante redelijkerwijs niet kon menen dat haar aanvraag al was afgewezen. Het College heeft het besluit van de Minister vernietigd en de Minister veroordeeld in de proceskosten van appellante, die op € 161,-- werden vastgesteld, en het griffierecht van € 232,-- werd vergoed. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor bestuursorganen om tijdig en correct te communiceren met aanvragers van subsidies.