ECLI:NL:CBB:2005:AS5136
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- J.A. Hagen
- F.W. du Marchie Sarvaas
- Rechtspraak.nl
Afwijzing subsidieaanvraag op basis van de Regeling stimulering biologische productiemethode
In deze zaak heeft appellant, een agrariër, een aanvraag ingediend voor subsidie op basis van de Regeling stimulering biologische productiemethode. De aanvraag werd ingediend op 13 augustus 2002, maar werd door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat appellant perceel 5, dat hij in zijn aanvraag had opgenomen, niet omschakelde naar de biologische productiemethode. De minister stelde dat appellant naast de biologische productiemethode ook de gangbare methode bleef toepassen, wat in strijd was met de voorwaarden van de regeling. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het bezwaar werd deels gegrond en deels ongegrond verklaard. De minister herhaalde de afwijzing van de subsidieaanvraag, omdat de Stichting Skal geen goedkeuring had gegeven voor de omschakeling van een perceel van 0,30 ha.
Tijdens de zitting werd duidelijk dat er misverstanden waren over de toepassing van de regeling. Appellant had aangegeven dat het perceel van 0,30 ha tijdelijk werd gebruikt voor opslag en niet als cultuurgrond. Het College oordeelde dat de minister in strijd had gehandeld met het beginsel van fair play, omdat appellant niet eerder was geïnformeerd over de weigeringsgrond met betrekking tot het perceel van 0,30 ha. Het College concludeerde dat appellant de kans had moeten krijgen om zijn aanvraag aan te passen voordat de afwijzing werd opgelegd.
Uiteindelijk verklaarde het College het beroep van appellant gegrond, vernietigde het de afwijzing van de subsidieaanvraag en droeg de minister op om opnieuw te beslissen op het bezwaar van appellant. Tevens werd bepaald dat de Staat der Nederlanden het griffierecht aan appellant moest vergoeden.