ECLI:NL:CBB:2005:AU2012
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit van de Minister van Landbouw inzake EG-steunverlening voor akkerbouwgewassen
In deze zaak heeft appellante, Maatschap A en A-B, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat op 24 augustus 2004 is genomen. Dit besluit verklaarde het bezwaar van appellante tegen de mededeling van 26 januari 2004, waarin een voederareaal van 227.12 ha was vastgesteld, niet-ontvankelijk. Appellante had eerder op 13 mei 2003 een aanvraag ingediend voor een oppervlakte voederareaal van 245.85 ha, maar verweerder constateerde dat dit niet overeenkwam met de werkelijkheid. De procedure begon met een brief van appellante op 1 oktober 2004, waarin zij haar beroep tegen het besluit indiende. Na het indienen van de gronden voor beroep en een verweerschrift van de verweerder, besloot het College van Beroep voor het bedrijfsleven om zonder zitting uitspraak te doen, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht.
De feiten van de zaak tonen aan dat appellante meerdere keren haar voederareaal heeft willen wijzigen, maar dat verweerder in zijn brief van 26 januari 2004 enkel de geregistreerde oppervlakte vaststelde zonder dat dit als een besluit in de zin van de Awb kon worden aangemerkt. Het College oordeelde dat de brief van verweerder geen rechtsgevolg had en dat de vaststelling van de oppervlakte voederareaal slechts een voorbereidende handeling was voor de uiteindelijke beslissing op de aanvraag voor steunverlening. Het College concludeerde dat het beroep ongegrond was, omdat de brief van 26 januari 2004 niet als een besluit kon worden beschouwd. Er waren geen termen aanwezig voor een proceskostenveroordeling, en de uitspraak werd gedaan op 31 augustus 2005.