ECLI:NL:CBB:2006:AZ0411
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.M. Wolters
- A. Graefe
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van geheimhouding van projectanalyse in subsidieverzoek
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gedateerd op 31 maart 2006, wordt de vraag behandeld of de beperking van de kennisneming van een projectanalyse gerechtvaardigd is. De zaak betreft een beroep van appellant tegen een besluit van de Minister van Economische Zaken, waarbij een aanvraag om subsidie op grond van het Besluit innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten was afgewezen. Appellant had verzocht om kennisneming van de volledige projectanalyse, maar verweerder had zich op het standpunt gesteld dat deze niet volledig aan appellant ter beschikking mocht worden gesteld, met een beroep op artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Het College overweegt dat de wet voorziet in de mogelijkheid om stukken geheim te houden indien daarvoor gewichtige redenen zijn. De beoordeling van deze redenen vereist een afweging van belangen, waarbij zowel het belang van de partijen om over relevante informatie te beschikken als het belang van de rechter om over alle benodigde informatie te beschikken in aanmerking moeten worden genomen. Het College concludeert dat verweerder onvoldoende zwaarwegende argumenten heeft aangedragen voor het beroep op geheimhouding. De projectanalyse is van belang voor de Adviescommissie innovatiesubsidie samenwerkingsprojecten en speelt een rol in de beoordeling van het project.
Het College beslist dat de beperking van de kennisneming van de volledige projectanalyse niet gerechtvaardigd is en gelast de griffier om het stuk terug te zenden aan verweerder. Verweerder krijgt de gelegenheid om binnen twee weken na verzending van de beslissing de projectanalyse alsnog als toegankelijk gedingstuk in te brengen. De beslissing houdt iedere verdere beslissing aan.