ECLI:NL:CBB:2007:BA4920
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- H.C. Cusell
- F. Stuurop
- H.A.B. van Dorst-Tatomir
- Rechtspraak.nl
Weigering vergunning voor kansspelautomaten in laagdrempelige horeca-inrichting op camping
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 18 april 2007 uitspraak gedaan in het geschil tussen appellant A, exploitant van een horeca-inrichting op een camping, en de Burgemeester van Oldenzaal. Appellant had een vergunning aangevraagd voor het aanwezig hebben van twee kansspelautomaten in zijn café, gelegen op het terrein van Camping B. De burgemeester weigerde deze vergunning op basis van de Wet op de Kansspelen, omdat de inrichting als laagdrempelig werd aangemerkt. Appellant stelde dat zijn café niet als laagdrempelig kon worden gekwalificeerd, omdat het voornamelijk bezocht werd door gasten uit de omgeving en niet door campinggasten.
De procedure begon met een beroep van appellant tegen het besluit van de burgemeester van 18 oktober 2006, waarin het bezwaar tegen de vergunningweigering ongegrond werd verklaard. Tijdens de zitting op 14 februari 2007 werd het standpunt van beide partijen toegelicht. Het College oordeelde dat de inrichting van appellant, gezien de activiteiten die er plaatsvinden, zoals dansavonden en optredens, wel degelijk als laagdrempelig kon worden gekwalificeerd. De nauwe relatie tussen het café en de camping, waar het café voornamelijk door campinggasten werd bezocht, speelde hierbij een cruciale rol.
Het College concludeerde dat de burgemeester terecht had geweigerd de vergunning te verlenen, omdat de inrichting niet voldeed aan de eisen voor het aanwezig hebben van kansspelautomaten in een laagdrempelige inrichting. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en er werden geen proceskosten aan de burgemeester opgelegd. Deze uitspraak bevestigt de strikte toepassing van de Wet op de Kansspelen en de criteria voor het al dan niet verlenen van vergunningen voor kansspelautomaten in horecagelegenheden.