ECLI:NL:CBB:2007:BB7147
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag akkerbouwsteun op basis van niet voldoen aan subsidiabele grondcriteria
In deze zaak heeft de Maatschap A en A-B, appellante, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder, inzake de afwijzing van haar aanvraag voor akkerbouwsteun onder de Regeling GLB-inkomenssteun. De aanvraag werd afgewezen omdat de percelen waarvoor steun werd aangevraagd, niet voldeden aan de definitie van subsidiabele grond. De appellante had steun aangevraagd voor 11.65 ha maïs, maar de percelen 6 en 7 werden als niet geconstateerd aangemerkt. Dit leidde tot een overschrijding van de geconstateerde oppervlakte met 301,72%, wat resulteerde in een uitsluiting van steun tot een bedrag van € 3671,33.
De procedure begon met een beroep van appellante op 2 juni 2006 tegen het besluit van verweerder van 28 april 2006, waarin het bezwaar tegen een eerdere afwijzing van 23 maart 2006 werd behandeld. De appellante stelde dat de percelen 6 en 7 niet als akkerland konden worden aangemerkt, omdat deze niet voldeden aan de voorwaarden van de Europese verordening. De verweerder heeft in zijn besluit aangegeven dat de aanvraag niet kon worden goedgekeurd op basis van artikel 51 van Verordening (EG) nr. 796/2004, omdat de percelen niet als subsidiabele grond konden worden aangemerkt.
Tijdens de zitting op 5 april 2007 heeft de appellante betoogd dat de afwijzing onterecht was, omdat de percelen door een herverkaveling verloren waren gegaan. Het College heeft echter geoordeeld dat de appellante niet kon aantonen dat er sprake was van een verkaveling van overheidswege, zoals vereist in de Regeling. Het College heeft geconcludeerd dat de appellante niet in aanmerking kwam voor de gevraagde steun en dat de afwijzing van de aanvraag terecht was.
De uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 31 oktober 2007 verklaart het beroep ongegrond, zonder aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is genomen in het kader van de Europese regelgeving omtrent landbouwsteun, waarbij de voorwaarden voor subsidiabele grond strikt zijn nageleefd.