ECLI:NL:CBB:2007:BC1348
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- F. Stuurop
- F.W. du Marchie Sarvaas
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit inzake GLB-inkomenssteun en subsidiekorting
In deze zaak heeft appellant, A, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, waarin een korting op de akkerbouwsubsidie werd opgelegd. De korting was het gevolg van het niet voldoen aan de verplichting om een bepaald percentage van de opgegeven oppervlakte braak te leggen. Appellant had in zijn aanvraag voor subsidie voor het jaar 2005 een oppervlakte van 69.03 ha opgegeven, maar had slechts 6.17 ha braakgelegd, wat resulteerde in een korting van € 6022,57 op de toegekende subsidie van € 26694,05. Appellant stelde dat hij per abuis de kop- en wendakkers van zijn percelen niet als braak had opgegeven en verzocht om deze alsnog te mogen opgeven. De Minister wees dit verzoek af, omdat er geen sprake zou zijn van een kennelijke fout in de aanvraag.
Tijdens de zitting werd duidelijk dat de Minister de aanvraag niet kon wijzigen, omdat de beslissing op de verzamelaanvraag al was genomen. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelde dat de Minister terecht had besloten dat er geen kennelijke fout was, omdat de aanvraag volledig overeenkwam met de topografische oppervlakte zoals ingetekend op de bedrijfskaart. Het College concludeerde dat de Minister niet had kunnen vermoeden dat appellant een gedeelte van de percelen als braakliggend land had willen opgeven. Het beroep van appellant werd ongegrond verklaard, en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.
De uitspraak benadrukt het belang van nauwkeurigheid bij het indienen van subsidieaanvragen en de strikte toepassing van de regelgeving omtrent de braakleggingseisen. Het College bevestigde dat wijzigingen in de aanvraag niet mogelijk zijn na de beslissing op de verzamelaanvraag, tenzij er sprake is van een kennelijke fout, wat in dit geval niet werd aangetoond.