ECLI:NL:CBB:2008:BD5276
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- B. Verwayen
- M. van Duuren
- F.H.M. Possen
- Rechtspraak.nl
Tuchtzaak tegen appellant inzake overtreding van de Verordening HPA bestrijding Phytophthora infestans bij aardappelen
In deze zaak gaat het om een tuchtprocedure tegen appellant A, die in beroep is gegaan tegen een uitspraak van het Tuchtgerecht Akkerbouwproductschappen van 23 april 2007. Dit tuchtgerecht had eerder op 30 november 2006 een geldboete van € 1.500,-- opgelegd aan appellant wegens overtreding van artikel 3 van de Verordening HPA bestrijding Phytophthora infestans bij aardappelen 2003. Appellant heeft in zijn verzet aangevoerd dat hij gedurende twee jaar uit het arbeidsproces is geweest door overspannenheid en dat hij drie jaar lang een uitkering van 50% van het UWV heeft ontvangen. Hij stelde dat zijn vervangers niet in staat waren om de zaken goed te behartigen, wat heeft geleid tot het blijven staan van opslagplanten op zijn bedrijf. Appellant vond de reactie van het Hoofdproductschap Akkerbouw (HPA) overdreven.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de zaak behandeld op 8 april 2008, waarbij appellant in persoon aanwezig was. Het College heeft vastgesteld dat appellant de overtreding van artikel 3 van de verordening niet heeft bestreden. De stelling van appellant dat zijn vervanger verantwoordelijk was voor de overtreding, werd door het College verworpen, omdat de verantwoordelijkheden van de vervanger in beginsel voor rekening van appellant komen. Het College zag geen aanleiding om de opgelegde boete te verlagen, ondanks de argumenten van appellant over de schade die opslagplanten zouden kunnen toebrengen aan de Phytophthora. Gezien de ernst van de overtreding en de eerdere overtredingen van appellant, oordeelde het College dat de boete passend was.
Uiteindelijk verklaarde het College het beroep van appellant ongegrond, waarmee de eerdere uitspraak van het tuchtgerecht in stand bleef.