ECLI:NL:CBB:2009:BI7290
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- W.E. Doolaard
- F. Stuurop
- B. Hessel
- Rechtspraak.nl
Toeslagrechten en de voorwaarden voor overdracht zonder grond in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gedateerd 20 mei 2009, staat de overdracht van toeslagrechten zonder grond centraal. Appellanten, de erven A, hebben beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat hun melding tot overdracht van toeslagrechten heeft afgewezen. De zaak betreft de toepassing van de Europese regelgeving inzake het gemeenschappelijk landbouwbeleid, met name de Verordening (EG) nr. 1782/2003 en de Regeling GLB-inkomenssteun 2006.
De appellanten hebben op 25 februari 2008 beroep ingesteld tegen het besluit van 11 februari 2008, waarin het bezwaar tegen een eerdere afwijzing van hun melding op 7 september 2007 werd behandeld. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat appellanten niet voldaan hadden aan de voorwaarde dat zij ten minste 80% van hun toeslagrechten gedurende een kalenderjaar moesten hebben benut voordat zij deze zonder grond konden overdragen. Het College heeft vastgesteld dat verweerder niet tijdig bezwaar heeft gemaakt tegen de melding van appellanten, wat in strijd is met de geldende regelgeving.
Het College oordeelt dat de afwijzing van de melding onterecht was, omdat verweerder niet binnen de gestelde termijn bezwaar heeft gemaakt. De beslissing van verweerder om de overdracht ongedaan te maken, wordt vernietigd. Het College bepaalt dat verweerder opnieuw op het bezwaar van appellanten moet beslissen, rekening houdend met de problemen die zijn ontstaan door de vertraagde besluitvorming. Tevens wordt verweerder gelast het griffierecht aan appellanten te vergoeden.