ECLI:NL:CBB:2009:BK7097

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
18 december 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AWB 09/1458
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • R.F.B. van Zutphen
  • B.J.E. Lodder
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening tot schorsing van besluit inzake ontheffing winkeltijden gemeente Lisse

In deze zaak hebben verzoekers, bestaande uit meerdere vennootschappen en een V.O.F. uit Lisse, een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening tot schorsing van een besluit van de burgemeester en wethouders van Lisse. Dit besluit, genomen op 17 november 2009, verleende ontheffing aan alle winkeliers in de gemeente Lisse voor de openstelling van hun winkels op zondag 20 december 2009 van 12.00 tot 17.00 uur, in verband met de viering van Kerst. De voorzieningenrechter heeft de zaak behandeld op 17 december 2009, waarbij de gemachtigden van beide partijen aanwezig waren. Na het sluiten van het onderzoek ter zitting, heeft de voorzieningenrechter op 18 december 2009 uitspraak gedaan.

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de ontheffing op onjuiste wijze is verleend. De rechter constateert dat er geen bewijs is dat de activiteiten die op de desbetreffende zondag zouden plaatsvinden, ten tijde van het verlenen van de ontheffing bekend waren. De aanvraag voor de ontheffing vermeldde geen specifieke feestelijke activiteiten, maar leek eerder een algemene aanvraag voor alle winkeliers om op zondag open te zijn. Dit is in strijd met de Verordening winkeltijden gemeente Lisse, die een maximum aantal koopzondagen voorschrijft. De voorzieningenrechter concludeert dat de burgemeester en wethouders niet bevoegd waren om deze ontheffing te verlenen, aangezien zij reeds het maximum aantal van zes koopzondagen hadden aangewezen.

Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen, het besluit van 17 november 2009 geschorst, en de verweerders veroordeeld in de proceskosten van de verzoekers. Tevens is bepaald dat de verweerders het door de verzoekers betaalde griffierecht dienen te vergoeden.

Uitspraak

College van Beroep voor het bedrijfsleven
(Voorzieningenrechter)
AWB 09/1458 18 december 2009
12500
Proces-verbaal van mondelinge uitspraak ingevolge artikel 8:84 juncto 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht in de zaak van:
1. Bedding Company B.V.;
2. Bril Jan't B.V.;
3. A, h.o.d.n. B;
4. C, h.o.d.n. D;
5. V.O.F. E;
6. V.O.F. F;
7. G, h.o.d.n. H;
allen te Lisse, verzoekers,
gemachtigde: mr. T.J. van Vugt, advocaat te Amsterdam,
tegen
Burgemeester en wethouders van Lisse, verweerders,
gemachtigde: mr. R.B.M. Hermans, werkzaam bij de gemeente Lisse.
Zitting hebben
mr. R.F.B. van Zutphen, voorzieningenrechter,
mr. B.J.E. Lodder, waarnemend griffier.
De zaak is behandeld ter zitting van de voorzieningenrechter op 17 december 2009, waar de gemachtigden van partijen zijn verschenen. Voorts zijn verschenen J namens Bedding Company B.V. alsmede K namens Bril Jan't B.V. Na het onderzoek ter zitting te hebben gesloten, heeft de voorzieningenrechter partijen medegedeeld op 18 december 2009 om 13.00 uur uitspraak te zullen doen.
Aan de orde is het verzoek om voorlopige voorziening dat strekt tot schorsing van het besluit van verweerders van 17 november 2009. Bij dit besluit hebben verweerders op grond van artikel 7, eerste lid, in samenhang met artikel 7, tweede lid van de Verordening winkeltijden gemeente Lisse (hierna: de Verordening) aan alle winkeliers in de gemeente Lisse ontheffing verleend ten behoeve van de openstelling van hun winkels op zondag 20 december 2009 van 12.00 tot 17.00 uur.
Op 9 december 2009 hebben verzoekers hiertegen bezwaar gemaakt. Tevens hebben zij bij faxbericht van gelijke datum de voorzieningenrechter verzocht het onderhavige besluit te schorsen.
Verweerders hebben op de zaak betrekking hebbende stukken toegezonden en bij brief van 14 december 2009 gereageerd op het verzoek.
Verzoekers en verweerders hebben nadere stukken ingediend.
Beslissing
De voorzieningenrechter :
- wijst het verzoek om voorlopige voorziening toe;
- schorst het besluit van verweerders van 17 november 2009;
- veroordeelt verweerders in de proceskosten van verzoekers tot een bedrag van € 874
(zegge:achthondervierenzeventig euro);
- bepaalt dat verweerders aan verzoekers het door hen betaalde griffierecht van € 297
(zegge:tweehonderdzevenennegentig euro) vergoedt.
Gronden
De voorzieningenrechter constateert dat de hier aan de orde zijnde ontheffing is verleend op grond van artikel 7, eerste lid in samenhang met artikel 7, tweede lid van de Verordening. Deze bepalingen bieden verweerders de mogelijkheid om ten behoeve van bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard, waaronder feestelijkheden, ontheffing te verlenen van het in artikel 2, eerste lid, onder a, van de Winkeltijdenwet neergelegde verbod tot winkelopenstelling op de zondag.
Verweerders hebben de viering van Kerst als feestelijkheid in de hiervoor bedoelde zin aangemerkt en ten behoeve daarvan ontheffing verleend aan alle winkeliers in de gemeente Lisse voor openstelling van hun winkels op zondag 20 december 2009 van 12.00 tot 17.00 uur. Het besluit vermeldt dienaangaande onder meer: "dat Kerst een feestelijke gebeurtenis is waarbij cadeautjes worden gegeven. Ter voorbereiding van deze feestelijkheden is het gebruikelijk om inkopen te doen. Het openstellen van de winkels op zondag past hierin."
De voorzieningenrechter is voorshands van oordeel dat verweerders hiermee op onjuiste wijze toepassing hebben gegeven aan artikel 7 van de Verordening. Weliswaar heeft ter zitting gemachtigde van verweerders meerdere activiteiten genoemd die op de desbetreffende zondag zullen plaatsvinden, maar uit niets blijkt dat ten tijde van het verlenen van de ontheffing reeds bekend was dat deze activiteiten zouden gaan plaatsvinden, dan wel dat deze activiteiten ten grondslag lagen aan het besluit tot het verlenen van de ontheffing. Uit de aanvraag blijkt eerder, en zo is deze naar het voorlopige oordeel van de voorzieningenrechter door verweerders ook opgevat, dat door de aanvrager enkel beoogd was een algemene buitenwerkingstelling voor alle winkeliers van de gemeente Lisse van het verbod om de winkels op zondag geopend te houden. Zo wordt in de aanvraag geen enkele (feestelijke) activiteit genoemd. Uit het besluit blijkt ook niet welke op 20 december 2009 plaatshebbende feestelijkheid ten grondslag ligt aan de verleende ontheffing.
Daarmee onderscheidt deze ontheffing zich in niets van de vrijstelling voor zes andere zon- en feestdagen in 2009, die verweerders op grond van artikel 5, eerste lid, van de Verordening reeds hebben aangewezen. Daarbij merkt de voorzieningenrechter op dat, gelet op het bepaalde in de Winkeltijdenwet, de gemeenteraad de mogelijkheid heeft het in de Verordening genoemde aantal van zes zon- en feestdagen te verhogen naar (maximaal) twaalf. De gemeenteraad heeft van deze mogelijkheid echter geen gebruik gemaakt en heeft het door verweerders aan te wijzen aantal gemaximeerd op zes zon- en feestdagen. De voorzieningenrechter constateert dat verweerders aldus, in strijd met het bepaalde in artikel 5 van de Verordening, na volledig gebruik te hebben gemaakt van de bevoegdheid om zes koopzondagen aan te wijzen, nog een zondag hebben aangewezen waarop de in artikel 2 van de Winkeltijdenwet vervatte verboden niet gelden. Verweerders waren dan ook niet bevoegd de ontheffing te verlenen.
Het besluit van 17 november 2009 is, gelet op het vorenstaande, voorlopig oordelend als onrechtmatig aan te merken, zodat het verzoek tot schorsing van dit besluit wordt toegewezen.
w.g. R.F.B. van Zutphen w.g. B.J.E. Lodder