ECLI:NL:CBB:2012:BW5095

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
24 april 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AWB 10/1309 AWB 10/1310
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Proceskostenveroordeling
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging polisvoorwaarden ziektekosten en handhaving verzoeken tegen Menzis

In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, gedateerd 24 april 2012, zijn twee zaken behandeld die voortvloeien uit verzoeken van appellanten om handhavend op te treden tegen Menzis Zorgverzekeraar N.V. en Anderzorg N.V. De appellanten, waaronder de Stichting voor Afweer Stoornissen en de Schildklierstichting, hebben bezwaar gemaakt tegen besluiten van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) van 27 september 2010, waarin hun verzoeken om handhaving werden afgewezen. De appellanten stelden dat de polisvoorwaarden van Menzis niet in overeenstemming waren met de Zorgverzekeringswet (Zvw). De NZa heeft na een tussenuitspraak van het College op 8 december 2011, waarin werd geoordeeld dat de besluiten van de NZa niet deugdelijke motivering bevatten, de besluiten herzien. Echter, het College oordeelde dat de beroepen van Eurocept, Genzyme en ApotheekZorg B.V. niet-ontvankelijk zijn, omdat zij niet als belanghebbenden kunnen worden aangemerkt. Het College verklaarde de beroepen van de Stichting voor Afweer Stoornissen en de Schildklierstichting ook niet-ontvankelijk, omdat Menzis de relevante polisvoorwaarden inmiddels had aangepast. Het College heeft de NZa veroordeeld in de proceskosten van de Stichting voor Afweer Stoornissen en de Schildklierstichting, vastgesteld op € 874,00, en heeft bepaald dat de NZa de griffierechten van beide appellanten vergoedt.

Uitspraak

College van Beroep voor het bedrijfsleven
AWB 10/1309 en 10/1310 24 april 2012
13950 Wet marktordening gezondheidszorg
Uitspraak in de zaken van:
1. de Stichting voor Afweer Stoornissen, te Utrecht
en Eurocept B.V., te Wijdemeren,
2. Genzyme Europe B.V., te Naarden,
de Schildklierstichting Nederland, te Utrecht en ApotheekZorg B.V., te Stein,
appellanten,
gemachtigde: mr. J.R.A. Schoonderbeek, advocaat te Amsterdam,
tegen
de Nederlandse Zorgautoriteit, verweerster,
gemachtigde: mr. M.F. van der Mersch, advocaat te ’s-Gravenhage
aan welk geding als derde belanghebbende partijen is deelgenomen door
Menzis Zorgverzekeraar N.V. en Anderzorg N.V. (hierna: Menzis), te Wageningen,
gemachtigde: mr. J.H. de Boer, advocaat te Enschede.
1. De procedure
Appellanten hebben bij brieven van 27 oktober 2010 (AWB 10/1310) en 5 november 2010 (AWB 10/1309) bezwaar gemaakt tegen twee besluiten van verweerster van 27 september 2010, waarbij verweerster de door appellanten op 3 augustus 2010 ingediende verzoeken om handhavend op te treden jegens Menzis, heeft afgewezen.
In de bezwaarschriften hebben appellanten verweerster verzocht op grond van artikel 7:1a van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) in te stemmen met rechtstreeks beroep bij het College. Verweerster heeft op 26 november 2010 met de verzoeken ingestemd en de bezwaarschriften ter afhandeling als beroepschrift doorgezonden aan het College.
Bij brieven van 18 januari 2011 heeft verweerster de verweerschriften ingediend.
Bij brieven van 18 februari 2011 heeft Menzis in beide zaken een zienswijze ingediend.
Bij brief van 10 maart 2011 hebben appellanten een nadere schriftelijke reactie ingediend, bij brief van 8 maart 2011 heeft Menzis een aanvullende productie ingediend en bij brieven van 10 maart 2011 en 16 maart 2011 hebben appellanten aanvullende producties ingediend.
Op 17 maart 2011 heeft het onderzoek ter zitting plaatsgehad, waarbij partijen bij monde van hun gemachtigden hun standpunt hebben toegelicht. Namens Menzis waren voorts aanwezig J.G van Dam (adviserend apotheker farmacie Menzis) en H. Eleveld (contractmanager farmacie Menzis).
Bij tussenuitspraak van 8 december 2011 (www.rechtspraak.nl, LJN BV0546), hierna: tussenuitspraak) heeft het College verweerster opgedragen om, met inachtneming van het in de tussenuitspraak overwogene, binnen 6 weken de beslissingen van 27 september 2010 op de verzoeken van de Stichting voor Afweerstoornissen (in de zaak AWB 10/1309) en de Schildklierstichting (in de zaak AWB 10/1310) van een deugdelijke motivering te voorzien dan wel anders te beslissen op de door eerder genoemde appellanten gedane verzoeken om handhavend op te treden jegens Menzis en de herstelde dan wel vervangende besluiten aan het College toe te zenden.
Bij brief van 6 januari 2012 heeft verweerster aan Menzis verzocht de poliswijzigingen die onderwerp zijn van de verzoeken tot handhaven en waarvan het College in zijn tussenuitspraak heeft geoordeeld dat zij niet verenigbaar zijn met de Zvw, te herstellen, verzekerden daarover op adequate wijze te informeren en verweerster op de hoogte te brengen van de uitgevoerde acties onder overlegging van de gewijzigde modelovereenkomsten.
Bij brief van 11 januari 2012 heeft Menzis aan verweerster bericht dat zij de geneesmiddelen immunoglobuline iv, immunoglobuline sc en thyrotropine alfa (Thyrogen) uit de tabellen 2 en 3 van de Verzekeringsreglementen van 2010 en 2011 heeft verwijderd, dat deze geneesmiddelen niet meer voorkomen in het Verzekeringsreglement 2012 en dat als gevolg van de tussenuitspraak tevens andere geneesmiddelen uit het Verzekeringsreglement 2012 zijn verwijderd. Voorts heeft Menzis medegedeeld dat de Verzekeringsreglementen die in strijd waren met de Zvw op de website zijn vervangen door de gewijzigde Verzekeringsreglementen en heeft zij de gewijzigde reglementen overgelegd. Ten slotte heeft Menzis uiteengezet op welke wijze de verzekeringsnemers zullen worden geïnformeerd over de aanpassingen.
Bij brief van 20 januari 2012 heeft verweerster het College verzocht om verlenging van de in de tussenuitspraak opgenomen termijn van zes weken met twee weken. Bij brief van 24 januari 2012 heeft het College dit verzoek gehonoreerd.
Bij brief van 30 januari 2012 heeft verweerster aan het College toegezonden twee, op 27 januari 2012 genomen, herziene beslissingen op de verzoeken tot handhavend optreden van de Stichting voor Afweerstoornissen (in de zaak AWB 10/1309) en de Schildklierstichting (in de zaal AWB 10/1310) van 3 augustus 2010. Bij deze herziene beslissingen heeft verweerster de besluiten van 27 september 2010 ingetrokken en wederom de eerdergenoemde verzoeken afgewezen onder verwijzing naar de door Menzis ondernomen acties, zoals verwoord in de brief van Menzis van 11 januari 2012 aan verweerster.
Bij brief van 10 februari 2012 heeft het College de Stichting voor Afweerstoornissen en de Schildklierstichting in de gelegenheid gesteld te reageren op de herziene beslissingen.
Bij brief van 24 februari 2012 hebben deze beide appellanten het College bericht geen aanleiding tot opmerkingen te zien en verzocht om uitspraak te doen omtrent de proceskosten en de vergoeding van de griffierechten.
2. De beoordeling van het geschil
Onder verwijzing naar het in paragraaf 3.2 van de tussenuitspraak overwogene, oordeelt het College dat het beroep van Eurocept (in de zaak AWB 10/1309) alsmede het beroep van Genzyme en ApotheekZorg B.V. (in de zaak AWB 10/1310) niet-ontvankelijk is, omdat deze appellanten niet kunnen worden aangemerkt als belanghebbenden bij de verzoeken tot handhaving van 3 augustus 2010, zodat, op grond van artikel 1:3 Awb, de afwijzing van de verzoeken door verweerster niet kan worden aangemerkt als een besluit jegens hen en, derhalve, aan deze appellanten geen bezwaar- en (rechtstreeks) beroepsrecht toekomt.
Ten aanzien van het beroep van de Stichting Afweer Stoornissen (in de zaak AWB 10/1309) en de Schildklierstichting (in de zaak AWB 10/1310) oordeelt het College dat nu Menzis op aanwijzing van verweerster de polisvoorwaarden voor 2010 (en 2011) in overeenstemming heeft gebracht met de Zvw door de geneesmiddelen immunoglobuline iv, immunoglobuline sc en thyrotropine alfa (Thyrogen) uit de tabellen 2 en 3 van de Verzekeringsreglementen van 2010 (en 2011) te verwijderen en beide appellanten te kennen hebben gegeven geen aanleiding tot nadere opmerkingen te zien, het belang aan het beroep van beide appellanten is komen te ontvallen. Het College zal dan ook de beroepen niet-ontvankelijk verklaren wegens het ontbreken van procesbelang.
In de gang van de procedure ziet het College aanleiding om verweerster met toepassing van artikel 8:75 van de Awb te veroordelen in de proceskosten van de Stichting Afweer Stoornissen (in de zaak AWB 10/1309) en de Schildklierstichting (in de zaak AWB 10/1310). Deze kosten worden op de voet van het Besluit proceskosten bestuursrecht vastgesteld op
€ 874,00 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting, met een wegingsfactor 1, ad € 437,00 per punt).
3. De beslissing
Het College:
- verklaart het beroep van Eurocept en Stichting Afweer Stoornissen in de zaak AWB 10/1309 niet-ontvankelijk;
- verklaart het beroep van de Schildklierstichting, Genzyme en ApotheekZorg B.V. in de zaak AWB 10/1310 niet-ontvankelijk;
- veroordeelt verweerster in de proceskosten van de Stichting Afweer Stoornissen en de Schildklierstichting tot een bedrag
van € 874,00(zegge: achthonderd en vierenzeventig euro);
- bepaalt dat verweerster het door de Stichting Afweer Stoornissen betaalde griffierecht ad € 248,00 (zegge: tweehonderd
achtenveertig euro) aan haar vergoedt;
- bepaalt dat verweerster het door de Schildklierstichting betaalde griffierecht ad € 248,00 (zegge: tweehonderd
achtenveertig euro) aan haar vergoedt.
Aldus gewezen door mr. M. van Duuren, mr. E.R. Eggeraat en mr. E. Loozen in tegenwoordigheid van mr. A. Bruining als griffier, en uitgesproken in het openbaar op 24 april 2012
w.g. M. van Duuren w.g. A. Bruining