Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
Uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 oktober 2014 in de zaak tussen
[naam 1], te [plaats], appellant
(gemachtigde: [naam 2]),
de staatssecretaris van Economische Zaken, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Ter zitting van het College heeft appellant daaraan toegevoegd dat hij al eerder, namelijk in april 2012, een aanvraag voor een tegemoetkoming bij verweerder heeft ingediend.
(…)
In deze paragraaf wordt verstaan onder ‘nettoresultaat’; omzet verminderd met de vaste kosten en de variabele kosten, voordat dit bedrag is verminderd met de verschuldigde inkomsten- en vennootschapsbelasting.
1. De Minister kan op aanvraag een tegemoetkoming verstrekken
(…)
1. Een aanvraag als bedoeld in artikel 4:75, eerste lid, kan gedurende een periode van zes weken worden ingediend. De periode vangt aan met ingang van de zevende dag volgend op de dag van inwerkingtreding van deze paragraaf van de regeling
(…)
8. Het beroep is ongegrond. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.