Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 6 juli 2015 in de zaak tussen
[naam] , te [plaats] , appellant
de staatssecretaris van Economische zaken, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
€ 11.337,97.
College van Beroep voor het bedrijfsleven
In deze zaak heeft appellant, een landbouwer, beroep ingesteld tegen de beslissing van de staatssecretaris van Economische Zaken over de vaststelling van zijn bedrijfstoeslag voor het jaar 2013. Het primaire besluit, genomen op 14 december 2013, stelde de bedrijfstoeslag vast op € 11.316,42, waarbij de oppervlakte van de opgegeven percelen 3 en 4 werd aangepast. Appellant had bezwaar gemaakt tegen dit besluit, wat leidde tot een gedeeltelijke gegrondverklaring van zijn bezwaar op 17 april 2014, waarbij de afgekeurde oppervlakte werd bijgesteld naar 0.17 ha en de netto bedrijfstoeslag naar € 11.337,97.
De kern van het geschil betreft de juistheid van de vastgestelde oppervlaktes van de percelen 3 en 4. Appellant betwist de aanpassing van de oppervlaktes, die volgens hem gebaseerd is op een enkele luchtfoto en een niet controleerbare computerberekening. Hij stelt dat verweerder meer bewijs moet aanleveren en dat hij niet mag worden gekort op zijn bedrijfstoeslag zonder de mogelijkheid te krijgen om de percelen te meten. Verweerder daarentegen verdedigt zijn werkwijze als conform de regelgeving, waarbij de aanvraag van appellant was geselecteerd voor controle middels teledetectie.
Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de zaak op 6 juli 2015 behandeld. Het College concludeert dat de door verweerder gehanteerde methoden in overeenstemming zijn met de geldende regelgeving. De teledetectiecontrole heeft afwijkingen aangetoond in de opgegeven gewassen en oppervlaktes, wat heeft geleid tot een aanpassing van de subsidiabele oppervlaktes. Het College oordeelt dat er geen grond is voor het oordeel dat verweerder ten onrechte nader onderzoek heeft achterwege gelaten en verklaart het beroep ongegrond. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.