Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
[naam 1] B.V., te [plaats] , appellante,
de staatssecretaris van Economische Zaken (hierna: de staatssecretaris)
Procesverloop in hoger beroep
Grondslag van het geschil
De uitspraak van de rechtbank
De beoordeling van het geschil in hoger beroep
Vaststellen of er dikke mest op de bodem van de put is afgezet.
Methode:
Met een platte plaat tussen de roosters door steken om vast te stellen of op de bodem van de put dikke fractie is afgezet.
Uitvoering:
In diverse afdelingen op meerdere plaatsen gemeten of er dikke fractie is afgezeet op de bodem van de putten.
Conclusie:
Op veel plaatsen in de put is een laag dikke fractie afgezet op de bodem van de put.”
De betonnen vloer van de mestput is vermoedelijk bij de bouw van de stal niet goed glad afgewerkt. Daardoor is al vanaf ingebruikname van de stal in 1995 toch steeds meer mest blijven aankoeken op de ruwe vloer, vooral aan de randen en in de hoeken. Van lieverlee is de bezinklaag op de bodem van de put verder aangegroeid.
Voor het functioneren van het Cevardo-systeem lijkt mij dit niet bezwaarlijk zolang de verse mest maar in de spoelvloeistof valt en de spoelgoten blijven werken.”
Beslissing
- draagt de staatssecretaris op om binnen drie weken na verzending van deze tussenuitspraak het geconstateerde gebrek in de berekening van de boete te herstellen door een nieuwe berekening te maken met inachtneming van hetgeen is vastgesteld en overwogen onder punt 3.6 van deze tussenuitspraak;
- houdt iedere verdere beslissing aan.