ECLI:NL:CBB:2018:677
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen korting op GLB-betalingen wegens beschadiging van oormerken en registratie van runderen
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 18 december 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een vennootschap onder firma (Vof) en de staatssecretaris van Economische Zaken. De appellante, vertegenwoordigd door haar gemachtigde J.A. Rietveld, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris, waarbij een korting van 3% op de rechtstreekse betalingen voor het jaar 2015 was opgelegd. Deze korting was het gevolg van het niet naleven van randvoorwaarden, specifiek met betrekking tot de identificatie en registratie van runderen. De staatssecretaris had vastgesteld dat appellante oormerken van runderen had beschadigd door eigen merken aan te brengen, wat in strijd was met de geldende regelgeving.
Het College heeft het procesverloop uiteengezet, waarin onder andere een controle door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit op 18 november 2015 werd genoemd. De appellante betwistte de opgelegde korting en voerde aan dat er geen verband was tussen de beschadiging van de oormerken en mogelijke fraude. Het College oordeelde dat de regelgeving omtrent de identificatie van runderen niet alleen bedoeld is om fraude te voorkomen, maar ook om de volksgezondheid en de gezondheid van dieren te waarborgen.
Het College concludeerde dat de staatssecretaris terecht een korting van 3% had opgelegd, aangezien de appellante de regelgeving had overtreden door de oormerken te beschadigen. De beroepsgronden van appellante werden ongegrond verklaard, en er werd geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 18 december 2018.