ECLI:NL:CBB:2019:637
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proces-verbaal
- T. Pavićević
- S.M.M. Bolt-Hulsen
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit minister van Landbouw inzake GLB-subsidies en subsidiabele oppervlakte
In deze zaak heeft appellante, [naam 1] V.O.F., beroep ingesteld tegen een besluit van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat betrekking heeft op de uitbetaling van basis- en vergroeningsbetalingen voor het jaar 2017. Het primaire besluit, genomen op 26 mei 2018, stelde het bedrag vast dat appellante zou ontvangen, maar verklaarde een aantal opgegeven percelen niet als subsidiabele landbouwgrond. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het bestreden besluit van 31 augustus 2018 verklaarde het bezwaar ongegrond. Appellante heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij zij werd bijgestaan door haar gemachtigde en een getuige. Tijdens de zitting op 19 november 2019 heeft het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB) de zaak behandeld en onmiddellijk uitspraak gedaan.
Het College heeft het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. Het oordeelde dat de minister in strijd heeft gehandeld met artikel 7:12 van de Algemene wet bestuursrecht, omdat de beslissing om bepaalde percelen niet als subsidiabel aan te merken niet voldoende was gemotiveerd. Het College heeft verweerder opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak een nieuw besluit te nemen, waarbij de herziening van de subsidiabele oppervlakte in acht moet worden genomen. Tevens is verweerder veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van appellante, die zijn vastgesteld op €1.024,-. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. T. Pavićević, in aanwezigheid van griffier mr. S.M.M. Bolt-Hulsen.