ECLI:NL:CBB:2020:935
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van subsidiabiliteit van landbouwpercelen en vernietiging van het bestreden besluit
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 8 december 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Maatschap [naam 1] en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De zaak betreft de afkeuring van percelen als niet-subsidiabel voor de uitbetaling van betalingsrechten en vergroeningsbetalingen voor het jaar 2018. De minister had op basis van luchtfoto's en een inspectie ter plaatse besloten dat bepaalde percelen niet voldeden aan de subsidiabiliteitscriteria, maar het College oordeelt dat de minister onvoldoende bewijs heeft geleverd voor deze afkeuring.
Het College constateert dat de minister geen verklaring heeft gegeven voor het volledig afkeuren van enkele percelen, terwijl uit de luchtfoto's niet kan worden afgeleid dat het aandeel grassen en andere kruidachtige voedergewassen op de afgekeurde percelen minder dan 50% is. Bovendien is het College van oordeel dat de minister niet voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er meer dan 50 bomen per hectare op de percelen staan, wat ook een reden voor afkeuring zou zijn. Het College vernietigt het bestreden besluit en draagt de minister op om binnen acht weken een nieuw besluit te nemen, waarbij rekening moet worden gehouden met de uitspraak.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige motivering en bewijsvoering bij besluiten die invloed hebben op de subsidiabiliteit van landbouwgrond. Het College heeft de minister opgedragen om het griffierecht van € 345,- aan appellante te vergoeden, maar heeft geen proceskostenvergoeding toegekend.