ECLI:NL:CBB:2022:21
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de aanvraag voor tegemoetkoming op basis van de Beleidsregel COVID-19 en de toepassing van SBI-codes
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 18 januari 2022 uitspraak gedaan in het beroep van een appellant tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een tegemoetkoming van € 4.000,- op grond van de Beleidsregel tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren COVID-19. De aanvraag werd afgewezen omdat de SBI-codes en de bedrijfsomschrijving waarmee de appellant op de peildatum geregistreerd stond in het handelsregister niet in Bijlage 1 van de Beleidsregel stonden. De appellant had op 4 mei 2020 een aanvraag ingediend, maar op 15 maart 2020 was zijn onderneming geregistreerd met SBI-codes die niet in aanmerking kwamen voor de tegemoetkoming.
De appellant voerde aan dat zijn werkzaamheden bestonden uit het inspecteren van leidingen met behulp van röntgenfoto’s, maar verweerder stelde dat de SBI-codes niet overeenkwamen met de vereisten van de Beleidsregel. Het College oordeelde dat verweerder zijn beleid consistent had toegepast en dat de SBI-codes waarmee de appellant geregistreerd stond niet in Bijlage 1 stonden, waardoor hij niet in aanmerking kwam voor de tegemoetkoming. De appellant had na de afwijzing zijn SBI-code gewijzigd, maar het College oordeelde dat deze wijziging niet relevant was voor de beoordeling van de aanvraag.
Het College concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van de Beleidsregel rechtvaardigden. De uitspraak werd gedaan door mr. J.H. de Wildt, in aanwezigheid van griffier mr. C.M.J. Rouwers, en het beroep werd ongegrond verklaard. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 18 januari 2022.