ECLI:NL:CBB:2022:421
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de afwijzing van een subsidieaanvraag op grond van de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen met betrekking tot de status van een geurgevoelig object
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 19 juli 2022, wordt het beroep van appellante, een vennootschap onder firma, tegen de afwijzing van haar subsidieaanvraag op grond van de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen beoordeeld. De aanvraag werd afgewezen omdat de geurbelasting van de varkenshouderijlocatie niet voldeed aan de drempelwaarde zoals vastgesteld in de Regeling. De kern van het geschil betreft de vraag of een woning aan de [adres 1] te [plaats] kan worden aangemerkt als een 'geurgevoelig object' in de zin van de Regeling. Indien dit het geval is, zou appellante voldoen aan de subsidievoorwaarden.
Appellante betoogt dat de woning aan de [adres 1] niet als bedrijfswoning kan worden aangemerkt en dat de feitelijke situatie moet worden meegewogen bij de beoordeling. De woning is gesplitst van de naastgelegen veehouderij en heeft geen functionele binding met deze onderneming. Verweerder daarentegen stelt dat de formele vereisten van de Regeling leidend zijn en dat de woning wel degelijk als geurgevoelig object moet worden aangemerkt op basis van het bestemmingsplan.
Het College concludeert dat de woning aan de [adres 1] geen geurgevoelig object is, omdat deze op een locatie met een agrarische bestemming staat. De uitspraak benadrukt dat de bestemming van de locatie bepalend is voor de status van een geurgevoelig object, en niet de feitelijke situatie. Het beroep van appellante wordt ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.