ECLI:NL:CBB:2023:682

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
20 november 2023
Publicatiedatum
1 december 2023
Zaaknummer
22/2037
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep niet-ontvankelijk verklaard na herzieningsbesluit subsidie COVID-19

Op 20 november 2023 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan in de zaak met nummer 22/2037. De ondernemer, handelend onder de naam [naam 2] en gevestigd te [plaats], had beroep aangetekend tegen een eerder afwijzingsbesluit van de minister van Economische Zaken en Klimaat van 5 april 2022. Echter, op 23 oktober 2023 heeft de minister een herzieningsbesluit genomen waarbij alsnog een subsidie op grond van de TVL voor het eerste kwartaal van 2022 aan de ondernemer is verleend. Het College heeft de ondernemer gevraagd of hij het beroep tegen het eerdere afwijzingsbesluit wilde intrekken, maar hierop is geen reactie ontvangen. Tijdens de zitting op 20 november 2023 was de ondernemer niet aanwezig.

Het College heeft vastgesteld dat de minister met het herzieningsbesluit volledig aan het bezwaar van de ondernemer tegemoet is gekomen, waardoor het geschil over de subsidie voor het eerste kwartaal van 2022 is opgelost. Dit betekent dat er geen inhoudelijke beoordeling van het geschil meer nodig is, en het beroep van de ondernemer niet-ontvankelijk is verklaard. Desondanks heeft het College bepaald dat de minister het griffierecht van € 184,- aan de ondernemer moet vergoeden, aangezien de ondernemer in het gelijk is gesteld.

Uitspraak

proces-verbaal uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 22/2037
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 november 2023

Raadsheer: mr J.H. de Wildt

Griffier: mr C.E.C.M. van Roosmalen

Partijen

[naam 1] handelend onder de naam [naam 2] ,gevestigd te [plaats] (de ondernemer)
en
de minister van Economische Zaken en Klimaat, vertegenwoordigd door mr. S.R. Hu en mr. P. van Veen.

Beslissing

Het College:
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk;
- draagt de minister op het betaalde griffierecht van € 184,- aan de ondernemer te vergoeden.

Overwegingen

1. De minister heeft met het herzieningsbesluit van 23 oktober 2023 aan de ondernemer (alsnog) een subsidie op grond van de TVL verleend voor het eerste kwartaal (Q1) van 2022. Naar aanleiding van het herzieningsbesluit heeft het College de ondernemer verzocht om aan te geven of hij het beroep tegen het eerdere (afwijzings-)besluit van 5 april 2022 wilde intrekken, en zo niet, of hij dan wilde aangeven welk belang hij nog meende te hebben bij een uitspraak van het College. Daarop is geen reactie van de ondernemer ontvangen. Aan de zitting van 20 november 2023 heeft de ondernemer niet deelgenomen.
2 Het College stelt vast dat de minister met het herzieningsbesluit van 23 oktober 2023 volledig aan het bezwaar van de ondernemer tegemoet is gekomen. Daarmee is het geschil over de subsidie voor Q1 van 2022 opgelost. Er hoeft dan ook geen inhoudelijke beoordeling van dat geschil plaats te vinden. In juridische termen betekent dit dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat er geen (proces)belang meer is. Wel is er aanleiding om te bepalen dat de minister het griffierecht aan de ondernemer moet vergoeden, want de ondernemer heeft van de minister gelijk gekregen.
J.H. de Wildt C.E.C.M. van Roosmalen