Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
CEBA Trading B.V., te Duiven, verzoekster
de minister van Economische Zaken en Klimaat, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Spoedeisend belang
3.1 Een financieel belang is volgens vaste rechtspraak op zichzelf geen reden voor het treffen van een voorlopige voorziening. Het treffen van een voorlopige voorziening kan, in het kader van de belangenafweging, wel in beeld komen indien het financiële belang van dien aard is dat de vermogenspositie van verzoekster zodanig wordt aangetast dat de bedrijfsvoering hierdoor in ernstige problemen zou kunnen komen. De voorzieningenrechter is van oordeel dat uit de door verzoekster overgelegde stukken niet blijkt dat – in afwachting van de behandeling van het ingediende beroepschrift – de bedrijfsvoering van verzoekster in ernstige problemen zou kunnen komen als zij niet op korte termijn alsnog voor het resterende bedrag van de (voorlopig toegekende) subsidie in aanmerking komt. Dat de verhuurder, naar verzoekster op de zitting heeft gesteld, de huurovereenkomst gaat opheffen als de openstaande huurfacturen niet binnen twee weken worden betaald, is niet onderbouwd met stukken. Desgevraagd ter zitting heeft verzoekster aangegeven dat zij op dit moment niet verder kan met haar bedrijf, waaruit de voorzieningenrechter afleidt dat er op dit moment geen bedrijfsactiviteiten zijn. Het spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorziening is daarom, gelet op het bovenstaande, niet zonder meer gegeven.
Beslissing
mr. C.E.C.M. van Roosmalen, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 9 februari 2023.