ECLI:NL:CBB:2024:842
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Schadevergoedingsuitspraak
- T. Pavićević
- F. Willems
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in bestuursdwangzaak
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 19 november 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [naam 1] en de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, alsook de Staat der Nederlanden. De zaak betreft een last onder bestuursdwang die aan [naam 1] was opgelegd wegens overtreding van de Wet dieren. De minister had op 2 december 2021 een bestuursdwangbesluit genomen, waarna [naam 1] bezwaar had aangetekend. Dit bezwaar werd op 21 maart 2022 ongegrond verklaard, waarna [naam 1] beroep instelde. Tijdens de zitting op 31 oktober 2024 werd vastgesteld dat de last onder bestuursdwang terecht was opgelegd, maar dat er ook een verzoek tot schadevergoeding was ingediend wegens overschrijding van de redelijke termijn. Het College oordeelde dat de redelijke termijn van twee jaar was overschreden met bijna een jaar, en dat er geen rechtvaardigende factoren waren voor deze overschrijding. Daarom werd de Staat veroordeeld tot betaling van € 1.000,- aan [naam 1] voor immateriële schade. De uitspraak concludeert dat het beroep ongegrond is verklaard en dat de minister geen proceskosten hoeft te vergoeden.