Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
de erven van [naam 1] , te [plaats] (erven)
de erven
de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
de Staat der Nederlanden (minister van Justitie en Veiligheid) (de Staat)
Beoordeling
De boete is daarom vervallen. Volgens de minister hebben de erven daarom geen procesbelang meer.
voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand (1 punt ter waarde van € 875,- en een wegingsfactor 1 voor het hoger beroepschrift). De minister moet ook het betaalde griffierecht van € 274,- vergoeden.
Beslissing
- vernietigt de aangevallen uitspraak met uitzondering van de beslissingen over proceskosten en griffierecht;
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- herroept het boetebesluit;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde bestreden besluit;
- veroordeelt de minister in de proceskosten van de erven in hoger beroep tot een bedrag van € 875,-;
- draagt de minister op het in beroep betaalde griffierecht van € 274,- aan de erven te vergoeden.
- veroordeelt de Staat tot betaling aan de erven van een immateriële schadevergoeding van € 2.000,-;
- veroordeelt de Staat tot betaling van € 437,50 aan proceskosten aan de erven.