ECLI:NL:CBB:2025:371

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
22 mei 2025
Publicatiedatum
11 juli 2025
Zaaknummer
23/1834
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Beslissing RC
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beperking van kennisneming van vertrouwelijke stukken in hoger beroep tegen de Autoriteit Consument en Markt

In deze zaak heeft Carrier2.network (Carrier2) hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 8 september 2023, waarbij de Autoriteit Consument en Markt (ACM) betrokken was. De ACM had vertrouwelijke versies van gedingstukken ingezonden en verzocht om beperking van de kennisneming van deze stukken op grond van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechter-commissaris, mr. J.H. de Wildt, heeft op 22 mei 2025 beslist dat de beperking van de kennisneming gerechtvaardigd is. Dit besluit is genomen na afweging van de belangen van de betrokken partijen. De rechter-commissaris oordeelde dat openbaarmaking van de vertrouwelijke informatie zou kunnen leiden tot onevenredige schade voor de partijen die deze informatie hebben verstrekt. De ACM heeft aangegeven dat de stukken concurrentiegevoelige informatie bevatten die essentieel is voor haar toezicht en regulering. Carrier2 en onecentral B.V. hebben ingestemd met de vertrouwelijke kennisneming van de stukken door het College van Beroep voor het bedrijfsleven, wat betekent dat het College op basis van deze vertrouwelijke informatie uitspraak kan doen in het hoger beroep. De beslissing van de rechter-commissaris benadrukt het belang van vertrouwelijkheid in zaken waar concurrentiegevoelige informatie op het spel staat.

Uitspraak

beslissing

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 23/1834
beslissing van de rechter-commissaris op grond van artikel 8:29, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht in het hoger beroep van

Carrier2.network (Carrier2), te Amsterdam

(gemachtigde: mr. B.J.H. Braeken),
tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 8 september 2023, kenmerken 23/4904 en 23/4905, in het geding tussen
onecentral B.V.,
en
de Autoriteit Consument en Markt(de ACM)
(gemachtigden: mr. L.M. Brokx en mr. L. Kunst)
met als derde partij in hoger beroep
onecentral B.V., te Rotterdam
(gemachtigde: mr. N.J. Linssen)

Procesverloop

Carrier2 heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam (rechtbank) van 8 september 2023 (ECLI:NL:RBROT:2023:8704).
De ACM heeft de vertrouwelijke versie van een aantal gedingstukken ingezonden en met verwijzing naar artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) medegedeeld dat uitsluitend het College kennis zal mogen nemen van deze stukken.
Het betreft (delen van) de volgende ACM-stukken:
- 5 Toezending door Carrier2 van diverse overzichten (waaronder Excel-bestand op USB-stick);
- 17 Reactie Yielder Group op informatieverzoek van de ACM;
- 18 Reactie Carrier2 op informatieverzoek van de ACM;
- 19 Toezending door Carrier2 van lijst met actieve en binnenkort actieve trunks (Excel-bijlage);
- 20 Toezending door Carrier2 van overzicht rondom de besparingen en minuten per operator;
- 21 Toezending van voorgenomen besluit versie onecentral;
- 22 Toezending van voorgenomen besluit versie Carrier2;
- 24 Zienswijze onecentral conceptbesluit;
- 25 onecentral tarievenblad;
- 27 Beantwoording van vragenbrief d.d. 24-4-2023 door onecentral;
- 30 a (Aangepaste) versie verslag hoorzitting ‘vertrouwelijk deel van hoorzitting’;
- 32 Toezending besluit versie onecentral;
- 33 Toezending besluit versie Carrier2;
- 34 Reactie van onecentral (Treble B.V.) inzake vertrouwelijkheid van besluit en verzoek om inzage publicatiebesluit.
Carrier2 en onecentral hebben, nadat zij daartoe in de gelegenheid zijn gesteld, gereageerd op de mededeling van de ACM. Zij hebben ingestemd met de gevraagde vertrouwelijke kennisname van de stukken door het College.

Overwegingen

1. Op grond van artikel 8:29, derde lid, van de Awb beslist het College of de weigering dan wel beperking van de kennisneming gerechtvaardigd is. Met toepassing van artikel 8:12 van de Awb heeft het College een rechter-commissaris opgedragen deze beslissing te nemen.
2 Bij deze beslissing moet de rechter-commissaris belangen tegen elkaar afwegen. Aan de ene kant speelt hierbij het belang dat partijen beschikken over dezelfde voor het beroep relevante informatie en het belang dat het College beschikt over alle informatie die nodig is om de zaak op een juiste en zorgvuldige wijze af te doen. Aan de andere kant kan kennisneming van bepaalde gegevens door de ene partij het belang van een of meer andere partijen onevenredig schaden, terwijl de ACM er belang bij heeft ook in de toekomst de informatie, waaronder concurrentiegevoelige gegevens, aangeleverd te krijgen die zij voor een goede uitoefening van haar taken nodig heeft. Onder concurrentiegevoelige bedrijfsgegevens vallen ook gegevens die, hoewel zelf niet als bedrijfsgegevens aan te merken, niettemin inzicht kunnen bieden in de door betrokkene(n) voorgestane (markt)strategie.
3 Voor alle stukken geldt volgens de ACM dat de beperking van de kennisneming van de stukken nodig is omdat sprake is van concurrentiegevoelige informatie. De stukken bevatten bijvoorbeeld bedrijfs- en fabricagegegevens of ze zien op de strategie of bedrijfsvoering. Voor stuk 27 geldt daarnaast dat sprake is van gegevens die zien op andere taken van de ACM in het kader van toezicht, handhaving en regulering. Stuk 27 moet volgens de ACM daarom ook om die reden vertrouwelijk blijven.
4 De rechter-commissaris oordeelt dat de gevraagde beperking van de kennisneming gerechtvaardigd is. Alle stukken bevatten bedrijfsvertrouwelijke gegevens of gegevens waaruit (een deel van) de marktstrategie van betrokkenen zou kunnen worden afgeleid. Dit staat nog los van de vraag of al niet zonder meer sprake is van concurrentiegevoelige gegevens. Deze gegevens moeten vertrouwelijk blijven, omdat openbaarmaking van deze informatie tot een onevenredig nadeel voor de verstrekker van de gegevens zal kunnen leiden, terwijl kennisneming van deze informatie door de partij die er niet over beschikt niet noodzakelijk is om haar belangen naar behoren te kunnen bepleiten. Stuk 27 bevat daarnaast, zoals ook door de ACM toegelicht, gegevens die zien op andere taken van de ACM in het kader van toezicht, handhaving en regulering. Ook deze gegevens dienen vertrouwelijk te blijven, omdat openbaarmaking ervan afbreuk kan doen aan de effectiviteit van toekomstig onderzoek. Openbaarmaking van deze informatie kan dus tot een onevenredig nadeel voor de ACM leiden.
5 Het College kan alleen met toestemming van de andere partijen mede op de grondslag van die stukken uitspraak doen. Carrier2 en onecentral hebben deze toestemming al bij voorbaat gegeven, waarmee zij er dus mee instemmen dat het College mede op grondslag van de vertrouwelijke versie van de stukken uitspraak doet op het hoger beroep.

Beslissing

De rechter-commissaris:
- beslist dat de beperking van de kennisneming van de stukken ten aanzien waarvan de ACM om beperkte kennisneming heeft verzocht gerechtvaardigd is.
Aldus genomen door mr. J.H. de Wildt, rechter-commissaris, in tegenwoordigheid van mr. L. van Loon als griffier, op 22 mei 2025.
w.g. J.H. de Wildt w.g. L. van Loon