ECLI:NL:CRVB:1998:ZB8180
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- B.J. van der Net
- R.C. Schoemaker
- H.C. Cusell
- Rechtspraak.nl
Verzoek om herziening van eerdere uitspraak inzake AOW en AWW
In deze zaak heeft verzoekster, A te B (Spanje), een verzoek om herziening ingediend tegen een eerdere uitspraak van de Raad van Beroep. Dit verzoek is gedaan op basis van een vermeende onjuiste rechtsopvatting met betrekking tot de Algemene Ouderdomswet (AOW) en de Algemene Weduwen- en Wezenwet (AWW). De Raad heeft op 11 februari 1994 een uitspraak gedaan die verzoekster niet beviel, en zij heeft daarom verzocht om herziening. De Raad heeft de herziening behandeld op 8 oktober 1998, waarbij verzoekster werd vertegenwoordigd door mr. C.A.J. de Roy van Zuydewijn, en gedaagde door A. van Scherpenzeel van de Sociale Verzekeringsbank.
De Raad heeft vastgesteld dat de gronden voor herziening niet voldoen aan de eisen van artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit artikel stelt dat een onherroepelijke uitspraak alleen kan worden herzien op basis van feiten en omstandigheden die vóór de uitspraak hebben plaatsgevonden, niet bekend waren bij de indiener en die, indien ze eerder bekend waren geweest, tot een andere uitspraak zouden hebben geleid. Verzoekster heeft echter enkel een onjuiste rechtsopvatting aangevoerd, wat niet kan dienen als grond voor herziening.
De Raad heeft geconcludeerd dat het verzoek om herziening niet kan slagen en dat verzoekster de proceskosten en eventuele schade langs andere wegen moet verhalen. De uitspraak is gedaan door mr. B.J. van der Net als voorzitter, met mr. R.C. Schoemaker en mr. H.C. Cusell als leden, en is openbaar uitgesproken op 19 november 1998.