ECLI:NL:CRVB:1999:AA8709
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.G. Treffers
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing aanvraag erkenning als burger-oorlogsslachtoffer en toekenning uitkering
In deze zaak gaat het om een beroep van eiseres A tegen een besluit van verweerster, de Pensioen- en Uitkeringsraad, dat haar aanvraag om erkend te worden als burger-oorlogsslachtoffer en om een periodieke uitkering afwees. Eiseres, geboren in 1943 in het voormalige Nederlands-Indië, heeft in mei 1995 een aanvraag ingediend op basis van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945. In het besluit van 11 juli 1996 werd gesteld dat het verblijf van eiseres in het kamp Gedoeng Halang tijdens de Japanse bezetting niet voldoende was komen vast te staan, hoewel haar verblijf daar tijdens de Bersiapperiode wel aannemelijk werd geacht. Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en aanvullende opmerkingen gemaakt. Tijdens de zitting op 14 januari 1999 was eiseres niet aanwezig, maar verweerster werd vertegenwoordigd door mr. I. Wolfert.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het bestreden besluit niet voldoende gemotiveerd was en in strijd was met artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad oordeelde dat verweerster niet had mogen afwijken van de verklaringen van referent E, die het verblijf van eiseres in het kamp bevestigde. De Raad heeft vastgesteld dat eiseres, gezien haar leeftijd, afhankelijk was van gegevens van derden om haar ervaringen tijdens de oorlog aan te tonen. De Raad heeft het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en verweerster opgedragen een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de uitspraak.