ECLI:NL:CRVB:2003:AF5199
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van der Net
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens niet-betaling griffierecht
In deze zaak heeft B.W.M. Harmsen, gemachtigde van appellante, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Arnhem van 2 september 2002. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep onder nummer 02/5316 ALGEM. De Raad stelt vast dat de indiener van het beroepschrift, appellante, niet heeft voldaan aan de verplichting om het griffierecht van € 327,-- tijdig te betalen. De gemachtigde is herhaaldelijk gewezen op deze verplichting, maar het griffierecht is niet binnen de gestelde termijn van vier weken betaald. Dit leidt tot de conclusie dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is.
De Raad overweegt dat, naast de niet-betaling van het griffierecht, ook het beroepschrift niet binnen de in artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) gestelde termijn is ingediend. Er is geen sprake van verschoonbare termijnoverschrijding zoals bedoeld in artikel 6:11 van de Awb. De Raad kan op basis van de beschikbare gegevens niet oordelen dat appellante niet in verzuim is geweest.
De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep derhalve niet-ontvankelijk. De uitspraak is gedaan door mr. B.J. van der Net, in tegenwoordigheid van E. Laudisio als griffier, en is openbaar uitgesproken op 6 februari 2003. Tegen deze uitspraak kunnen belanghebbenden binnen zes weken schriftelijk verzet doen.