ECLI:NL:CRVB:2003:AN9352
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terecht niet ontvankelijk verklaring van bezwaarschrift door het Uwv
In deze zaak gaat het om de vraag of het bezwaar van appellant tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) terecht niet ontvankelijk is verklaard vanwege het te laat indienen van het bezwaarschrift. De appellant, die in hoger beroep is gegaan, had eerder een uitspraak van de rechtbank Groningen aangevochten. De rechtbank had op 18 juli 2001 een uitspraak gedaan die door de appellant werd bestreden. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 5 november 2003, waarbij de appellant in persoon aanwezig was, terwijl de gedaagde, het Uwv, zich niet liet vertegenwoordigen.
De Raad heeft vastgesteld dat de appellant zijn bezwaarschrift te laat had ingediend en dat het bestreden besluit van 29 november 2000, waarin het bezwaar niet ontvankelijk werd verklaard, terecht was. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat er geen nieuwe gezichtspunten zijn aangedragen door de appellant die een andere beslissing rechtvaardigen. De Raad heeft geen termen gezien voor een proceskostenveroordeling op grond van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak werd gedaan door mr. R.C. Stam, met P. Boer als griffier, en is openbaar uitgesproken op 26 november 2003.