ECLI:NL:CRVB:2003:AN9781
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J.S. Spaas
- J.G. Treffers
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Informatie over gewijzigde gedragslijn met betrekking tot concrete vaststelling maatmanloon in de toekomst is geen besluit in de zin van de Awb
In deze zaak, behandeld door de Centrale Raad van Beroep op 4 november 2003, staat de vraag centraal of een informatiepassage over de toekomstige vaststelling van het maatmaninkomen van appellant een besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Appellant, vertegenwoordigd door mr. E.J. Bonnist, had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch, die het beroep tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) ongegrond had verklaard. Dit besluit betrof de terugvordering van onverschuldigd betaalde WAO-uitkeringen en de vaststelling van de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant over het jaar 2000.
De Raad oordeelt dat de passage in het bestreden besluit, die informatie bevat over de toekomstige hantering van het maatmanloon, geen besluit is zoals bedoeld in artikel 1:3 van de Awb. De rechtbank had deze passage ten onrechte als een besluit gekwalificeerd, aangezien het enkel informatie betreft over een gewijzigde gedragslijn van gedaagde. De Raad verwijst naar eerdere jurisprudentie die bevestigt dat de keuze voor de vaststelling van het maatmaninkomen niet op een specifieke datum gericht is, maar meer een algemene richtlijn biedt voor de toekomst.
De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het inleidend beroep van appellant niet-ontvankelijk. Tevens wordt gedaagde veroordeeld in de proceskosten van appellant, die worden begroot op € 322,- voor verleende rechtsbijstand. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen wordt ook verplicht om het betaalde recht van € 77,14 aan appellant te vergoeden.