ECLI:NL:CRVB:2004:AR2667
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Ch. van Voorst
- Ch.J.G. Olde Kalter
- M.S.E. Wulffraat-van Dijk
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake de actualiteit van functies bij WAO-besluit
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen een uitspraak van de rechtbank Maastricht, waarin de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) betrokken is. De zaak betreft de vraag of de functies die ten grondslag liggen aan het WAO-besluit van appellante voldoende actueel zijn. Appellante, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. D. Grégoire, heeft aangevoerd dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd is en dat gedaagde niet heeft voldaan aan eerdere uitspraken van de Raad. De Raad heeft vastgesteld dat de schatting van de mate van arbeidsongeschiktheid van appellante per 29 augustus 1997 gebaseerd was op functies die niet actueel waren en dat er eisen aan de vooropleiding werden gesteld die appellante niet kon voldoen. Echter, na beoordeling van de functiebeschrijvingen van de thans geselecteerde functies, concludeert de Raad dat deze functies ten tijde van het bestreden besluit wel degelijk actueel waren. De Raad heeft ook vastgesteld dat de geselecteerde functies in overeenstemming zijn met het opleidingsniveau van appellante, die een MAVO-diploma heeft. De Raad oordeelt dat de motivering van de bezwaararbeidsdeskundige zorgvuldig is en dat het bestreden besluit op een draagkrachtige motivering berust. De Raad bevestigt daarom de aangevallen uitspraak en verklaart het hoger beroep ongegrond.