ECLI:NL:CRVB:2004:AR2675
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Ch. van Voorst
- M.S.E. Wulffraat-van Dijk
- W.M. Levelt-Overmars
- Rechtspraak.nl
Beoordeling geschiktheid voor functies in het kader van de Ziektewet na ziekmelding
In deze zaak gaat het om de beoordeling van de geschiktheid van appellant voor bepaalde functies in het kader van de Ziektewet (ZW) na een ziekmelding. Appellant, die voorheen werkzaam was als machineoperator, heeft zich in oktober 1999 ziek gemeld vanwege psychische klachten. Na een beoordeling in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) is hij ongeschikt geacht voor zijn oude functie, maar geschikt voor de functies van ophanger, samensteller en medewerker pluimveeslachterij. De rechtbank heeft geoordeeld dat het ziekengeld niet eerder kon worden beëindigd dan per 17 oktober 2001, omdat appellant pas na het besluit van 16 oktober 2001 redelijkerwijs kon begrijpen dat hij weer arbeidsgeschikt was verklaard.
In hoger beroep heeft appellant aanvullende medische informatie overgelegd, waaronder een verklaring van de Reclassering Nederland en informatie over zijn gezondheidstoestand, waaronder maagklachten en een operatie aan zijn dikke darm. De Raad voor de Rechtspraak heeft de vraag te beantwoorden of gedaagde terecht heeft gesteld dat appellant op en na 17 oktober 2001 geschikt was voor de functies van ophanger en medewerker pluimveeslachterij. De Raad heeft vastgesteld dat de klachten van appellant, waaronder zijn linkeroogklachten, niet in voldoende mate zijn onderkend door gedaagde, maar dat hij desondanks geschikt kan worden geacht voor de functies in kwestie.
De Raad heeft de aangevallen uitspraak bevestigd, voor zover deze was aangevochten. De Raad heeft geen termen aanwezig geacht om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter en de leden de bevindingen van de bezwaarverzekeringsarts hebben onderschreven. De Raad concludeert dat appellant geschikt is voor de functies waarvoor hij eerder was beoordeeld, ondanks de door hem aangevoerde gronden.