ECLI:NL:CRVB:2004:AR7903
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- K.J.S. Spaas
- C.W.J. Schoor
- N.J. Haverkamp
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze zaak heeft de opposant hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Breda van 27 mei 2003. De Centrale Raad van Beroep heeft op 5 maart 2004 het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was betaald. Tegen deze uitspraak heeft de opposant verzet aangetekend. Het verzet is behandeld tijdens een zitting op 26 oktober 2004, waarbij partijen niet aanwezig waren.
De Raad heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de opposant in een eerder schrijven op 17 november 2003 was gewezen op de noodzaak om het griffierecht tijdig te voldoen en dat een gemotiveerde reden voor eventuele vertraging binnen de gestelde termijn moest worden ingediend. De Raad heeft geconcludeerd dat de argumenten in het verzetschrift niet hebben geleid tot een ander oordeel dan in de eerdere uitspraak van 5 maart 2004.
De Raad heeft het verzet ongegrond verklaard en de eerdere uitspraak in stand gelaten. De Raad heeft geen termen aanwezig geacht om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak is gedaan door de voorzitter en twee leden van de Raad, in aanwezigheid van de griffier, en is openbaar uitgesproken op 7 december 2004.