ECLI:NL:CRVB:2005:AS4144
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Ch. van Voorst
- Ch.J.G. Olde Kalter
- M.S.E. Wulffraat-van Dijk
- Rechtspraak.nl
Weigering van ziekengeld en verminderde verwijtbaarheid bij ontslagname
In deze zaak, behandeld door de Centrale Raad van Beroep op 12 januari 2005, staat de weigering van ziekengeld centraal. De appellant, de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), heeft aan gedaagde, een verkoopster, met ingang van 1 april 2001 ziekengeld geweigerd op basis van artikel 45 van de Ziektewet (ZW). De gedaagde had haar dienstverband beëindigd en zich ziek gemeld, maar de appellant stelde dat zij een benadelingshandeling had gepleegd door ontslag te nemen. De rechtbank Breda had eerder het besluit van de appellant vernietigd, omdat zij vond dat de gedaagde niet volledig verweten kon worden voor haar ontslag. De Centrale Raad van Beroep heeft het hoger beroep van de appellant behandeld, waarbij de gedaagde werd bijgestaan door haar advocaat, mr. J.C.P. van Kollenburg.
De Raad oordeelt dat de gedaagde een bewuste keuze heeft gemaakt om ontslag te nemen, en dat deze beslissing haar volledig kan worden toegerekend. De Raad verwijst naar rapporten van verzekeringsartsen die aangeven dat de medische situatie van de gedaagde niet zo ernstig was dat voortzetting van het dienstverband niet van haar kon worden gevergd. De Raad concludeert dat de gedaagde niet kan worden vrijgesteld van de gevolgen van haar ontslag, ondanks haar latere diagnose van artrose. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd en het inleidend beroep van de gedaagde wordt ongegrond verklaard.
Deze uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van werknemers bij het nemen van ontslag en de gevolgen daarvan voor hun recht op ziekengeld. De Raad stelt dat de gedaagde, ondanks haar medische klachten, niet voldoende heeft aangetoond dat zij geen andere keuze had dan ontslag te nemen. De beslissing van de Raad is daarmee een bevestiging van de strikte toepassing van de regels omtrent ziekengeld en de beoordeling van verwijtbaarheid in dergelijke gevallen.