ECLI:NL:CRVB:2005:AS9992
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.G. Kasdorp
- H.R. Geerling-Brouwer
- A.W.M. Bijloos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag buitengewoon pensioen op basis van oorlogservaringen
In deze zaak heeft eiser, geboren in 1943, een aanvraag ingediend voor een buitengewoon pensioen op basis van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945. Eiser stelt dat hij psychisch letsel heeft opgelopen door het verzet van zijn vader, die betrokken was bij verzetsactiviteiten tijdens de Tweede Wereldoorlog. De aanvraag is afgewezen door de Raadskamer WBP van de Pensioen- en Uitkeringsraad, omdat er volgens hen geen sprake was van een ernstige verstoring van de levensomstandigheden van eiser gedurende de oorlogsjaren. De Raad heeft de zaak behandeld op 27 januari 2005, waarbij eiser niet aanwezig was, maar verweerster vertegenwoordigd werd door mr. F.M.H. Kok.
De Centrale Raad van Beroep overweegt dat de verweerster een discretionaire bevoegdheid heeft om aanvragen te beoordelen en dat deze beoordeling met terughoudendheid moet worden getoetst. De Raad concludeert dat de afwijzing van de aanvraag van eiser terecht is, omdat er onvoldoende bewijs is dat eiser tijdens zijn vroege levensjaren ernstig is beïnvloed door de verzetsactiviteiten van zijn vader. De Raad wijst erop dat de psychische problemen van eiser voornamelijk voortkomen uit naoorlogse omstandigheden, zoals de depressie van zijn moeder en andere persoonlijke problemen, en niet uit de oorlogservaringen zelf.
De Raad heeft vastgesteld dat de medische rapporten van deskundigen, waaronder dr. W. Op den Velde en arts N.F. Vogel, geen voldoende basis bieden om de afwijzing van de aanvraag te weerleggen. De Raad oordeelt dat het bestreden besluit de beperkte toetsing kan doorstaan en verklaart het beroep van eiser ongegrond. De uitspraak is gedaan door mr. C.G. Kasdorp als voorzitter en mr. H.R. Geerling-Brouwer en mr. A.W.M. Bijloos als leden, en is openbaar uitgesproken op 10 maart 2005.