ECLI:NL:CRVB:2005:AT6784
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.C. Stam
- J.P. Mulder
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de uitspraak van de rechtbank over termijnoverschrijding bij indienen bezwaarschrift
In deze zaak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. W.J.A. Vis, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Leeuwarden, die op 18 november 2004 het beroep van appellant ongegrond had verklaard. De rechtbank oordeelde dat het bezwaar van appellant, ingediend op 26 mei 2004 tegen een besluit van 12 maart 2004, te laat was ingediend. De rechtbank vond geen verschoonbare termijnoverschrijding en verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak op 20 mei 2005 behandeld, waarbij gedaagde, vertegenwoordigd door J.T. Wielinga, aanwezig was.
De Raad heeft de overwegingen van de rechtbank onderschreven en vastgesteld dat de uitkeringsspecificatie, die appellant had ontvangen, geen rechtsgevolg had en derhalve niet als besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kon worden aangemerkt. Appellant had aangevoerd dat hij telefonisch was geïnformeerd over het dagloon, maar de Raad vond geen bewijs voor deze claim. Hierdoor was er geen sprake van een verschoonbare termijnoverschrijding.
De Raad heeft geconcludeerd dat het hoger beroep niet kon slagen en heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd. Er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing werd uitgesproken door mr. R.C. Stam, met J.P. Mulder als griffier, op 2 juni 2005.