ECLI:NL:CRVB:2005:AU4106
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Janssen
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de geschiktheid van functies in het kader van de WAO-schatting met betrekking tot medische klachten
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen een uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage, waarin de rechtbank oordeelde dat de geselecteerde functies passend zijn voor appellant in verband met zijn medische klachten. Appellant heeft op 23 oktober 2003 hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank, die op 23 juli 2003 werd gedaan. De zaak werd behandeld op 5 augustus 2005, waarbij appellant niet aanwezig was en gedaagde werd vertegenwoordigd door A.W.G. Determan van het UWV.
De rechtbank had geoordeeld dat de onderzoeken van de (bezwaar)verzekeringsarts voldoende gegevens opleverden om tot een afgewogen oordeel te komen over de beperkingen van appellant. Appellant had geen medische stukken overgelegd die het oordeel van de verzekeringsartsen konden betwisten. De rechtbank concludeerde dat de functies van steksteker, aardappelsorteerder, strijker/perser en medewerker schoonmaakdienst passen binnen het belastbaarheidspatroon van appellant.
In hoger beroep voerde appellant aan dat de functies strijker/perser en aardappelsorteerder niet geschikt zijn vanwege zijn long- en rugklachten. Gedaagde stelde echter dat in de functie aardappelsorteerder geen stoffen vrijkomen waarvoor appellant gevoelig is. De bezwaarverzekeringsarts Van de Nieuwe Giessen gaf aanvullend commentaar over de functie strijker.
De Raad concludeerde dat er onvoldoende aanknopingspunten waren om de vastgestelde belastbaarheid van appellant te betwijfelen. De schatting van de mate van arbeidsongeschiktheid per 4 december 2000 was gebaseerd op de functies die door de rechtbank waren goedgekeurd. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank, waarbij werd geoordeeld dat de functies strijker en sorteerder aardappelen passend zijn voor appellant, rekening houdend met zijn medische klachten. De Raad achtte geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.